Vanavond lezen we een belangrijk gedeelte, zeker voor de mannen : we hebben het aan Paulus te danken dat de mannen niet meer besneden hoeven worden…

Voor het goed begrijpen van de brief aan de Galaten zijn er drie groepen belangrijk:

  • joden, besneden, maar ze verwerpen Jezus als Christus/Messias,
  • christelijke joden, besneden, ze belijden Jezus als Christus/Messias,
  • Galaten, christelijke heidenen, niet besneden, ze belijden Jezus als Christus.

Voor de christelijke jood Paulus, besneden, is het geen probleem dat Galaten, christelijke heidenen, niet besneden zijn. Maar andere christelijke joden zijn bij de Galaten gekomen en hebben aangedrongen om zich te laten besnijden met als doel inlijving bij het joodse volk.

Het gevaar dreigt dat de Galaten op korte termijn toe geven en zich laten besnijden. Door eventuele besnijdenis dreigen de Galaten onbewust de blijde boodschap van genade en vrijheid te verliezen.

Voor Paulus is dit de aanleiding om zijn waarschuwende en bezorgde brief te schrijven: de christelijke vrijheid loopt gevaar in Galatië.

Maar waarom moeten de Galaten overtuigd worden zich te laten besnijden?

Dat is heel praktisch: uit de brief valt op te maken dat christelijke joden een probleem hebben waarin ze de Galaten betrekken.

Maar welk probleem van christelijke joden buiten Galatië kan door besnijdenis van christelijke heidenen in Galatië worden opgelost? Wanneer christelijke joden teveel contact hebben met onbesneden christelijke heidenen, beschouwen hun niet-christelijke volksgenoten dit als verraad met als resultaat bedreiging en vervolging. Zoals Paulus die vroeger zelf christelijke joden bedreigde en vervolgde. Voor christelijke joden zou het een uitkomst zijn wanneer Galaten zich zouden laten besnijden. Er was dan geen of in elk geval minder gevaar van vervolging. 

Voor ons is het misschien vreemd als de Galaten op zo’n pijnlijk voorstel zouden ingaan. Maar laten we niet vergeten dat de Galaten nog geen identiteit, geschiedenis en traditie hadden, vergeleken bij het oude volk van Abraham. Ze blijken betrekkelijk makkelijk over te halen zich te laten besnijden om jood te worden.

In feite gaat het in Galatië om compromisvoorstel om het lijden van christelijke joden te minimaliseren. Dit pragmatisme is echter zeer bedreigend voor christelijke vrijheid!

We lezen Galaten 1 : 6 – 2 : 10 (NBV)

We zijn op een vergadering in Jeruzalem beland. Misschien klinkt het nog saai, maar wat we zojuist gelezen hebben is explosief. Er staat heel veel op het spel, en niet alleen besnijdenis, het is een vergadering met enorme consequenties. Voor ons allemaal, tot op de dag van vandaag. Op die dag, tijdens die vergadering heeft God ons allemaal beschermd : u, jou en mij. Laat het me uitleggen…

Paulus is naar Jeruzalem gegaan, samen met Barnabas en Titus, twee betrouwbare medewerkers van zijn zendingsteam. God heeft hem in een openbaring opgedragen te gaan. Maar Paulus wilde zelf ook. Paulus wil namelijk weten of hij niet voor niets aan het werk is. De vurige ex-vervolger, nu apostel, is niet onzeker over zijn eigen boodschap, maar onzeker over de effectiviteit. Heeft het allemaal nog wel zin, als de andere apostelen zijn boodschap niet zouden onderschrijven en ze de dwaalleraars niet zouden afwijzen? De dwaalleraars vertelden de jonge christenen dat Paulus een evangelie verkondigde waaraan iets ontbrak, dat minder volledig was dan het oorspronkelijke evangelie van de apostelen uit Jeruzalem. Paulus stelde het allemaal veels te gemakkelijk voor. Alsof door alleen maar te geloven je rechtvaardig voor God zou zijn… Nee, daar hoorde ook nog bij dat je ging leven als jood. En in Jeruzalem hebben ze blijkbaar om de lieve vrede wil, uit angst voor vervolging door de joden, zich hier niet tegen verzet. Als joden hebben ze zich laten verleiden om deze jood-vriendelijke boodschap te accepteren als evangelie. Een kleine aanpassing met grote gevolgen…zoals bij die beschimmelde broodjes…

Maar hebben ze in Jeruzalem wel door wat hun gedogen/pragmatisme voor uitwerking heeft in zijn missionaire werk onder heidenen?

Ik vertelde al, er zijn 3 groepen: joden, christelijke joden, christelijke heidenen.

Binnen die tweede groep, christelijke joden, zijn er 2 groepen:

  • Paulus : Evangelie van geloof in Jezus Christus is bestemd voor mensen uit alle culturen.
  • Tegenstanders : niet alle joden zijn christen, maar alle christenen moeten wel joods worden.

Dat kan niet samen : op welke lijn zitten de apostelen, de joods-christelijke leiders in Jeruzalem?

Het Evangelie van Christus : is dat slechts een vernieuwingsbeweging binnen het jodendom of is het goed nieuws voor de hele wereld? De kerk van Christus als internationaal huisgezin van God?

De apostelen waren in Jeruzalem gebleven. Ze hadden niet over verdere consequenties nagedacht, waren niet geconfronteerd met praktische gevolgen van het evangelie voor alle volken, met bekeerlingen uit het heidendom. In Jeruzalem leefde angst voor het dreigende gevaar van vervolging door joden. Angst is een slechte raadgever : dan wordt je vaak pragmatisch, ga je dingen door de vingers zien…

Maar de praktische gevolgen van zo’n kleine vergissing, zouden enorm zijn geweest. Er zouden binnen het vroege christendom twee partijen vijandig tegenover elkaar hebben gestaan op dit fundamentele punt. Gemeenten uit de heidenen : redding door geloof alleen. Gemeenten uit de joden : redding door geloof én door joodse leefwijze.

Paulus is heel scherp : Er zijn valse broeders binnengeslopen om onze vrijheid, die wij in Christus Jezus hebben, te bespieden, en zo ons misschien wel onbewust tot slavernij brengen.

De casus besnijdenis gaat om de waarheid van het Evangelie. Deze vergadering had ook tot kerkscheuring kunnen leiden. Want er staat heel veel op het spel…de eenheid van kerk.

Paulus speelt het spel heel slim, hij neemt Titus mee naar Jeruzalem: een heiden, niet besneden, maar belijdt Jezus als Christus. Niets geen theoretische discussie, maar met een concrete testcase:

moet deze christelijke heiden naast geloof zich ook besnijden? Is christelijke levensstijl, zichtbare buitenkant van ons geloof, voorwaarde voor aanvaarding of hebben we voldoende aan ons geloof in Jezus Christus, onzichtbare binnenkant ervan?

Titus wordt niet gedwongen zich nog te laten besnijden, daarom wij ook niet…

Christelijk geloof gaat over wie ik ben in Christus, niet om wat ik voor Hem doe. De christelijke boodschap is vrijheid, terwijl de boodschap ‘verdien-je-verlossing’ de mens tot slaaf maakt.

We bungelen niet aan die drie elastiekjes : wat je doet, wat je hebt, wat anderen over je zeggen

bepalen niet wie je bent. U, jij en ik : wij zijn Gods geliefde zonen en dochters, geliefd door God. Wij bungelen niet, maar wij worden gedragen, door God.

Maar… vrijheid en de kerk? De kerk lijkt vaak niet het bolwerk van vrijheid, lijkt vaak te gaan om regeltjes en sociaal wenselijke gedrag. Kerkmensen lijken het vaak ook lastig te vinden om goed om te gaan met vrijheid die er is als je in Jezus gelooft. Vanmorgen benoemde ik het verschil tussen gelovig/godsdienst en christen. Een christen, is niet alleen met verstand gelovig, maar ervaart persoonlijke relatie met God, laat aan anderen zien wie Jezus is, in wie jij bent, wat jij doet.

Godsdienstige/gelovige mensen kennen vaak geen vrijheid, schrijven vaak specifieke kleding- en gedragsvoorschriften voor. Sommigen vinden het namelijk fijn als alles duidelijk is, als ze weten wat er van ze verwacht wordt. En daarvoor bedenken ze graag regeltjes, die heel concreet zijn, uitvoerbaar en duidelijk, voor één uitleg. Als mensen dan opmerking maken: ik  toch doe gewoon wat er staat?! Niet zoiets vaags als: heb je naaste lief als jezelf. Want: wie is dan mijn naaste, hoe vaak moet ik vergeven, moet ik koosjer eten, besneden worden? Vertel me gewoon wat ik moet doen in plaats van dat ik zelf moet nadenken.

Als de dwaalleraars hadden gewonnen, zou je geen christen kunnen zijn zonder joodse manier van leven. Christenen zouden dan in elk plaats hun eigen getto’s vormen om hun manier van leven in stand te houden. Ze zouden dan zo druk bezig zijn geweest met uiterlijke dingen, dat er geen oog zou zijn voor innerlijke levenshouding. Dan wordt je slaaf, denk je in ‘goed’ en ‘fout’ gedrag. Wordt je veroordelend, intolerant, liefdeloos…

Anderen doen het heel anders, helemaal geen regels, denken dat het ónze vrijheid is, God daar niet meer bij nodig. 10 geboden niet meer van nut, gewoon doen wat in je opkomt, vrijheid : alles kan en mag, toch? Nergens in de Bijbel worden de gedragsregels van 10 geboden ongeldig verklaard. We zijn wel vrij van de wet, als middel om gered te worden. Maar we zijn niet vrij van de wet, om in dankbaarheid er naar te leven. We zijn niet God gehoorzaam omdat we bang en onzeker zijn over onze redding die we ermee hopen te verdienen. Maar we gehoorzamen God vanuit de vrijheid en zekerheid dat we weten dat we al gered zijn in Christus. We zijn gehoorzaam in dankbare vrijheid. Als jouw reden om Gods wet te gehoorzamen een andere is dan dankbaar zijn voor Gods genade, dan ben je een slaaf…

Het is nog best lastig om goed om te gaan met christelijke vrijheid,  toen en nu. Het is een wonder als onze goede omgang met vrijheid, weer zorgt voor een verandering van beeldvorming over ons als huisgezin van God. Het is een wonder als we allemaal heel persoonlijk het geheim van christelijke vrijheid mogen kennen en uitleven.

Van de vrijheid nog even terug naar de eenheid waar we mee begonnen. Valt het ons op dat de Bijbel (Jezus, apostelen) voortdurend de nadruk legt op de eenheid tussen christenen?

1.) Paulus’ statement in Jeruzalem is : eenheid betekent dat we iedereen accepteren die in Christus Jezus is.

“Een christen uit Nederland heeft veel meer gemeenschappelijk met een christen uit één of andere nomadenstam in Verweggistan, dan met zijn ongelovige buurman die in dezelfde auto rijdt en de kinderen naar dezelfde school doet…”

Met ongelovige mensen om ons heen deel je bijzaken, met een christen uit Verweggistan deel je het meest wezenlijke : het geloof in de zelfde God. Samen ben je kinderen van dezelfde Vader, gered door dezelfde Christus, leven door dezelfde Geest.

“Christelijke eenheid negeert cultureel onderscheid en heeft niets te maken met culturele overeenkomsten.”

Maar volgens mij gaat het daar vaak fout, wordt het daar spannend. Omdat we culturele overeenkomsten gaan zoeken. Handen bij de handen, voeten bij de voeten, … Daar christenen die verplichte volwassendoop toevoegen. Daar christenen die verplicht belijdenis-doen toevoegen. Daar christenen die vol op het orgel gaan, dat is pas serieus. Daar christenen die dansen met een band, dat is pas echt.

Veel kerken zeggen wel dat we door geloof alleen gered worden, maar alleen als je deze kenmerken vertoont, hiermee instemt, weten we zeker dat je echte christen bent. En als je niet aan onze regels voldoet, is het onmogelijk dat je een echte christen bent.

Goddank : niets kan ons scheiden van liefde van Jezus, geen besnijdenis, regels voor doop en belijdenis, muziekvoorkeur, … Daarom kan ook niets scheiding brengen tussen Gods geliefden. We mogen, kunnen niet anders dan iedereen te accepteren als broeder en zuster die zich door geloof in Jezus Christus kind van onze Vader weet.

2.) Eenheid is ook verschil in roeping accepteren, er waren apostelen van joden en apostelen van heidenen. We kunnen het evangelie aan passen aan verschillende mensen, zonder de essentie ervan kwijt te raken. Mijn woordkeuze, mijn voorbeelden, mijn vormen zijn anders dan die van collega’s of gemeenteleden. Dat is geen probleem : als de boodschap, de kern, maar hetzelfde blijft.

Het gevaar bestaat dat de boodschap wordt verandert.

Het evangelie wordt soms aangepast zodat het minder ‘aanstootgevend’ is. Het doopformulier is dan te ‘zwaar’, over zonde, oordeel. Maar als er met ons geen probleem is, dan hebben we Jezus niet nodig, dan kunnen/moeten we onszelf redden als goed mens door onze goede werken.

Anderen willen het evangelie juist helemaal niet aan passen. Vasthouden aan muziekstijl, organisatiestructuur, kerktaal. Jammer genoeg haken te veel mensen af omdat het evangelie dat wordt verkondigd voor hen nietszeggend is.

Zowel bij te veel als te weinig aanpassing raak je het evangelie van Gods genade kwijt. Als je tradities verheft tot normen waarover niet te onderhandelen valt, creëer je een wettisch systeem. Als je een echte christen bent, dan …Dus wetticisme (geen aanpassing) is net zo gevaarlijk als liberalisme ( te veel aanpassing).

De apostelen waren vastbesloten om de boodschap van het evangelie te behouden en ook de gedragsregels die daaruit voortvloeien. Maar ze waren ook bereid om de boodschap langs verschillende wegen te verkondigen, die vrijheid is er.

Verrassend, ook voor mij, is het derde kenmerk van eenheid. Het ondersteunen van de armen….

Petrus en Paulus hadden verschillende zendingsgebieden. Maar voor beiden gold de verplichting om voor de armen te zorgen. De apostelen in Jeruzalem wilden hieraan vasthouden, en dat is precies waarvoor Paulus zich heeft ingezet.

Maar waarom is zorgen voor de armen essentieel voor de christelijke eenheid?

1.) De gemeente in Jeruzalem was veel armer dan gemeenten die Paulus aan het stichten was in heidense gebieden, vaak welvarende havensteden. Zoals er met elkaar werd gedeeld in Jeruzalem, de plaatselijke kerk, ze hadden alles met elkaar gemeenschappelijk, zo moet ook alles met elkaar worden gedeeld in de wereldkerk, versterk de kerk in Kameroen.

2.) De zorg voor de armen is een rode draad in de Bijbel.

Het gevaar van materialisme waar de Bijbel voor waarschuwt, is nog steeds een groot gevaar en ernstige zonde.

De zorg voor de armen was zo belangrijk, dat er gelijk in het begin al bijzondere ambtsdragers voor worden aangesteld. Diakenen die de dienst van barmhartigheid van de kerk moeten coördineren. Dienst van barmhartigheid is essentieel en onmisbaar binnen de kerk. Net zo belangrijk als de dienst van het Woord en het pastoraat.

Eenheid tussen christenen, hoe belangrijk vinden we die? Als mensen het niet met ons eens zijn,

dan vertrekken zij of wij maar? Het gevaar is altijd aanwezig dat we vooral letten op wat ons scheidt van medegelovigen in plaats van wat ons bindt, ons gezamenlijke geloof in Jezus Christus als onze Heer en Heiland. Waarbij het andere gevaar ook kan ontstaan, de eenheid zozeer benadrukken dat het christen-zijn op het spel komt te staan, het Evangelie van Gods genade verbleekt

De enige reden dat Paulus niet bij anderen in één kerk wilde zitten, was omdat de anderen een ander evangelie verkondigden. De basis voor eenheid is overeenstemming over de kern van het evangelie. Dat je elkaar de broederhand kan geven. De broederhand is een teken van vriendschap, samenwerking, instemming over de kern van het Evangelie, met verschil in bijzaken. De broederhand is niet een vorm van beleefdheid. Geen broederhand betekent uitsluiting en afwijzing van valse leraars, gaat niet over bijzaken… Daarom geeft de ouderling van dienst de voorganger de hand. Niet dat je het altijd met elkaar eens bent over bijzaken, maar wel over de kern. Daarom geef ik u van harte de hand bij binnengaan en vertrek, we vormen een eenheid.

Gemeenschap met Christus is voldoende als basis voor gemeenschap met elkaar. We mogen nooit iemand buitensluiten die God heeft opgenomen in zijn gezin. We mogen nooit iemand binnenlaten,

die een kind van God niet ziet als broer of zus. Maar de gemeenschap met Christus is tegelijk ook de enige basis voor gemeenschap met elkaar. We mogen nooit de eenheid onderhouden ten koste van het evangelie.

Vrijheid en gemeenschap zijn twee sterke menselijke verlangens. Laten we in Christus die vrijheid genieten, door aanvaarding door God, ongeacht onze prestaties. En genieten van de eenheid die culturele en geografische grenzen negeert. Deze eenheid en vrijheid verkondigde Paulus. Scheuring en geestelijke slavernij waren zaken waarvoor Paulus helemaal naar Jeruzalem ging, waar hij geen moment voor gezwicht is. Laten wij ons voornemen dat ook nooit te doen…. Gods gunst/genade alleen maakt waarlijk vrij, God wil ons hart verblijden!

Hoe ben jij tot geloof in Jezus Christus gekomen?

Wat betekent het dat jij lid bent van de gemeente van Jezus Christus?

Paulus geeft zijn getuigenis. Hoe hij als gelovig/godsdienstig persoon tot geloof in Jezus Christus is gekomen, lid geworden is van de gemeente van Jezus Christus.

Net zoals Petra uitlegde hoe ze tot echt geloof is gekomen, waarom ze nu echt belijdenis wilde doen van haar geloof in Jezus Christus.

Zoals ook anderen die belijdenis deden, openlijk vertelden over hun redenen. Waardoor iedereen die dat hoorde/las God prees.

Je getuigenis geven heeft als doel dat God alle eer toekomt. De God van de wonderlijke genade. Dat we telkens weer onder indruk raken van God die werkt, ook in Enter 2019…

We lezen Galaten 1: 6-24 (NBV)

Paulus beschrijft uitgebreid zijn bekering / roeping, hoe Jezus hem tot zijn volgeling heeft gemaakt. Meer nog, in dienst heeft genomen als apostel.

Paulus verdedigt zich in zijn getuigenis tegen 3 aanvallen van die ‘sommigen die de Galaten in verwarring brengen, die het evangelie van Christus willen verdraaien’ (vs.7)

verdediging 1 : Paulus heeft niet door zelf nadenken en argumenteren geconcludeerd : het Evangelie is de waarheid

Nee, Paulus was een fanatiek vervolger van Gods gemeente, heeft geprobeerd haar uit te roeien… Paulus was een fundamentalist/extremist/geloofsgekkie… Paulus moest van heel ver komen, dat is niet geleidelijk gegaan: geen goede gesprekken, nog eens nadenken… Nee, Paulus’ geloof in Jezus is niet gebaseerd op iets in hemzelf, stond haaks op alles wat in hem was. Zijn radicale bekering van

vervolger van christenen naar verkondiger van Christus  komt door zijn ontmoeting met Jezus zelf op weg naar Damascus

verdediging 2 : Paulus’ evangelieboodschap is niet afgeleid van anderen, niet afgeleid van de christelijke leiders in Jeruzalem

Nee, Paulus heeft niemand om raad gevraagd, is naar zijn bekering niet naar Jeruzalem gegaan naar de eerdere apostelen. Pas 3 jaar later ging Paulus naar Jeruzalem, zelfs toen heeft Paulus geen onderwijs ontvangen van anderen.

Die sommigen kunnen niet zeggen:

“wij zijn ook in Jeruzalem geweest, hebben hetzelfde onderwijs als Paulus ontvangen, hebben dezelfde mensen gesproken, wij weten dat Paulus niet het hele verhaal verteld. Er zijn nog andere dingen die je moet doen om bij God in de gunst te komen.”

Paulus’ boodschap is totaal onafhankelijk van hemzelf of van anderen…

verdediging 3 : het Evangelie dat Paulus van God heeft ontvangen, heeft Paulus gelegd naast de boodschap die de andere apostelen van God ontvangen hadden, en wat blijkt : het verschilt niet met die van de andere apostelen

Want, de algemene conclusie was telkens weer: hij die ons vroeger vervolgde, verkondigt nu het geloof dat hij daarvoor probeerde uit te roeien. En zij verheerlijkten/prezen God in mij.

Uit dit getuigenis blijkt niet alleen het gezag dat Paulus heeft als evangelieverkondiger, maar zijn levensverhaal laat ook Gods genade zien. Genade is de rode draad in Paulus’ leven en in zijn brief aan de Galaten. Het is dragende principe onder elke stap van elke christen.

Zeggen wij dat wel eens? Door Gods genade… Ja, wees voorzichtig met God dit, God dat; maar ook weer niet te voorzichtig door nooit God te linken aan ons leven…

Twee weken geleden : wie was Paulus? Een Apostel, toegevoegd aan de elf die 3 jaar met Jezus waren opgetrokken. Zij waren uniek, hadden de boodschap direct van God om het Evangelie te prediken. Maar voordat Paulus apostel was, had hij verschrikkelijke dingen gedaan… Paulus heeft veel onschuldige mensen vermoord: hij was vervolger van Gods gemeente, heeft geprobeerd haar uit te roeien. Paulus heeft verschrikkelijke dingen gedaan…

Keizer Nero of Hitler hadden trots op hem kunnen zijn… Mensen vragen wel eens : is Hitler in de hemel?! Dat weten we niet. Maar wat denk je van Paulus?! Paulus was vervuld met haat voor die club van Jezus, is over lijken gegaan…dood, verderf, terreur

Toch was Paulus heel een gelovig, godsdienstig, religieus persoon…

Ik leefde de Joodse wetten heel wat strikter na dan anderen van mijn generatie en zette mij vol overgave in voor de tradities van ons voorgeslacht. In een andere vertaling : Ik was een hartstochtelijke ijveraar voor mijn voorvaderlijke overleveringen… Hij was veel serieuzer dan anderen, pietje-precies in geloofszaken. Paulus was geen losgeslagen type, niet die jongste zoon, leven één groot feest, meer die oudste zoon, altijd God gediend… Toch had het hem niet dichter bij God gebracht. Paulus heeft het allemaal gedaan, weet er alles van: wetjes en regeltjes houden, ‘goed leven’. Maar je kan je zelf daardoor niet aanvaardbaar maken voor God door supertoegewijd en nauwgezet morele, ethische en culture regels na te leven, de christelijke traditie en goede gewoontes te eerbiedigen. Een serieuze ‘gelovige’ jongeman die vol haat de christelijke gemeente wilde vernietigen, tot eer van God…hij was er trots op… Maar toen het God behaagde is Paulus door genade geroepen, is Christus in Hem geopenbaard… Meer nog : hij werd zelfs geroepen, als apostel, om God onder de heidenen te verkondigen.

Paulus is hét voorbeeld van Gods genade: redding niet op grond van moreel en godsdienstig gedrag. Door en door zondig, bloed aan handen, maar ook Paulus was niet zondig genoeg, geen hopeloos geval…

Is Christus al in jou geopenbaard?

Evangelie is geen religie, iets voor nette/goede mensen, maar bevrijdend nieuws, voor slechte mensen… Niemand is zo goed dat hij het evangelie van genade niet nodig heeft, niemand is zo slecht dat hij de genade van het evangelie niet kan ontvangen.

Lewis schreef : het Christendom moet wel van God afkomstig zijn, wie zou het anders bedacht kunnen hebben?

Dan zegt Paulus nog iets bijzonders: God was aan het werk in mijn leven, ook al lang voordat ik het door had. Paulus zegt al voor zijn geboorte te zijn uitgekozen door God. Paulus bedoelt: Gods genade is al heel mijn leven lang mij aan het vormen en voorbereiden voor later. Bizar, ook omdat wij de toekomst niet kennen. Maar Gods plan met de wereld, ons mensen, is geen loterij. Zelfs onze haat, zondigen, roddelen, kan God allemaal ten goede doen keren. Nee, we moeten vandaag nog stoppen met zondigen, haten, roddelen… niet leven volgens Gods plan… Maar niemand is een hopeloos geval, ondanks je verleden, omdat voor God alles mogelijk is. Zeker als we toeleven naar Pasen,

als de Paaskaars brandt, we geloven dat Jezus uit de dood is opgestaan. Als een dode weer levend kan worden, kan de grootste zondaar/schijn-heilige veranderen in volgeling van Jezus. Bij God is alles mogelijk, iedereen kan weer toegroeien naar het plan dat God met zijn/haar leven heeft. Omdat we voor de Drie-enige God, allemaal kind van de Vader zijn, iedereen die in de dood en opstanding van Zoon gelooft en door werking van de heilige Geest veranderen zal tot wat God voor ogen heeft. Zo als een stroper de beste boswachter kan worden, zo kon deze vervolger de beste prediker worden…

Van alle weerstand tegen God komt telkens aan het licht dat Gods plan er alleen maar door wordt uitgevoerd en bevorderd… Nee, wat ons nu overkomt is niet altijd volgens Gods plan, dan onderschatten we Gods tegenstander. Maar God kan/zal alles doen meewerken ten goede, ook al zien we daar nu nog niets van. Hoe dichter we bij God leven, hoe meer we dat gaan ontdekken als we naar ons leven kijken. Zoals Jozef pas na 34 jaar kan zeggen dat de pogingen van zijn broers om hem te vermoorden, al die inspanningen uiteindelijk middel zijn geweest om hun leven te redden.

God is dus aan het werk in ons leven, nog voordat we het door hebben, als we er zelf helemaal nog niet voor open staan…

Het Evangelie reikt ons een bril aan waardoor we opnieuw naar ons eigen leven kunnen kijken om te zien hoe God ons voorbereidt en vormt, zelfs door middel van onze fouten en zonden, om werktuig van zijn genade te worden voor de wereld.

Als we dat eindelijk door hebben, dan houdt het niet op, dan worden we geroepen om mee te werken. Ieder voor de unieke taak, waardoor anderen God gaan verheerlijken. Er is een verschil tussen gewoon religieus/gelovig/godsdienstig zijn en christen zijn. Een christen, volgeling van Jezus, kind van God is niet alleen met het verstand gelovig, verstandelijk overtuigd van het bestaan van God. Hij ervaart een persoonlijke relatie met God, onderhoudt die relatie, als met ideale vader/moeder. Christen weet dat deze relatie niet alleen is om zelf opgebouwd te worden, maar weet dat het verantwoordelijkheid meebrengt om aan de anderen te laten zien wie Jezus is.

Laten zien wie Christus is, in wie jij bent, wat jij doet. Als beelddrager van God draag je een beeld over van wie God is, bewust of onbewust. Als jij …roddelt/liefdeloos/oneerlijk, dan koppelen mensen dat aan jouw God. Daarom is zondigen zo erg. Niet, of niet  alleen, omdat het jezelf ongelukkig maakt,

maar omdat het invloed heeft op het beeld van God van mensen om jou heen. Of zij wel of niet God verheerlijken, prijzen…

Vergeet nooit : we worden gedragen door God die liefde is. God heeft ons niet lief omdat hij ons nodig heeft. Hij heeft ons gewoon lief omdat hij ons lief heeft. Die liefde kunnen we nooit kwijtraken, omdat er geen voorwaardes zijn…

De God van genade redt zondaars zoals Paulus… God openbaart zijn zoon aan hoogmoedigen én aan slechten. Religieus en niet religieus… God werkt in ons, ook al voordat hij ons redt, om tot geloof te brengen én om toe te rusten tot het dienen van God. Het werk van deze God is zichtbaar geworden in het leven van Paulus.

God besloot zijn Zoon in Paulus te openbaren… Het drong eindelijk bij Paulus door wie Jezus was. Hij ontmoette de levende Christus zelf. En het drong ook direct bij Paulus door wat God wilde : geroepen om aan anderen te vertellen/laten zien wie Jezus is.

Paulus heeft stilte opgezocht, tijdlang alleen met God, om te groeien in discipelschap. Tijd van studie, overdenken, ontwikkelen van de vertrouwelijke omgang met God. In onze tijd zijn we druk, het moet gelijk iets opleveren. Investeer jij in tijd met God? Moeilijk? Welke muziek luister je? Maak daar God-tijd van… Tijd met God is basis voor het christelijke leven, maar als christen leven we niet in afzondering. Daarom zijn we onderdeel van Gods huisgezin. Paulus laat zien dat geloven zonder kerk niet ideaal is, misschien wel onmogelijk. Hij zocht anderen op om samen het Evangelie te delen, om te voorkomen dat de eenheid in gevaar kwam. Wij moeten diepgeworteld zijn in een geloofsgemeenschap. We moeten oppassen dat we niet overal wat vandaan pikken zonder echt deel uit te maken van een samenhangende gemeenschap die met elkaar aan tafel gaat, zich samen laat voeden… Christelijk leven, geworteld in relatie met God door Christus, in verbondenheid met  en in dienst van andere gelovigen, leidt tot lofprijzing aan God. Gods genade in Paulus’ leven zet Paulus niet op een voetstuk, maar anderen verheerlijken God.

Zou gaaf zijn, dat je als christen/predikant anderen bij God brengt  door genade die in jouw leven zichtbaar is…  Was het maar altijd zo mooi… Als predikant krijg je wel eens reacties: gelukkig vaak heel mooie en ontroerende verhalen te horen, preek die net op juiste moment voor juiste persoon geschreven, gesprek wat later zegenvol uitwerkt, waardevol. Tegelijk heb je ook gesprekken, krijg je opmerkingen, mailtjes zonder verheerlijking van God, geen dankbaarheid. Het deed me de vraag van Paulus herkennen…

“Probeer ik mensen te winnen, zoek ik mensen te behagen of gaat het mij om God?

Als het mij om behagen van mensen zou gaan, zou ik geen dienstknecht van Christus zijn.”

Dit heeft alles te maken met het Evangelie. Met dat ene elastiekje van vorige week : wat anderen over je zeggen…

Waarom zou je goedkeuring van mensen willen hebben? Als je vol vertrouwen en onbevreesd achter Jezus aangaat, dan doe je wat goed is, liefdevol en opbouwend, zonder je druk te maken om wat anderen ervan vinden. Paulus bedoelt: een christen kan en zal niet iemand zijn die mensen probeert te behagen. Het behagen van mensen is zonde, omdat je bang bent voor wat anderen van jou vinden. Het gaat er om dat je God vreest, dat je vol ontzag en verwondering voor God wilt leven. Als je mensen vreest, maak je mensen belangrijker dan ze zijn, heb je ontzag voor ze, snak je naar hun goedkeuring, ben je bang voor hun afkeuring. Jouw verlangen naar hun goedkeuring en instemming grenst aan verheerlijking en verafgoding. Je zit in de wurggreep van menselijke goedkeuring, terwijl alleen God recht op en macht heeft over je hart. Je zult net zo radeloos/wanhopig/verdrietig/boos zijn

als je hun goedkeuring verliest, als wanneer je door God bekritiseerd of veroordeeld zou worden. Als je het alleen maar doet om gunst van anderen mee te winnen, dan doe je het niet met liefde. Het Evangelie bevrijdt ons daarvan, wil ons werkelijk motiveren: doe het voor God. Op Christus vertrouwen, zorgt voor Gods volkomen en volledige gunst en goedkeuring. Als God de gelovige ziet, dan ziet Hij Jezus, Gal.3:25-27, zegt Hij: in jou vind Ik vreugde… En omdat God vreugde vindt in ons,

kunnen wij zo leven dat het God vreugde geeft i.p.v. mensen.

Paulus wil God behagen, niet in eerste plaats mensen. Als je zo leeft, dan zullen mensen ook blij worden, soms mensen van wie je het niet verwacht had. Terwijl mensen die altijd heel aardig deden,

ineens wat minder blij zijn met jou.

Dat is het Evangelie!

Een christen is zeker van Gods liefde en goedkeuring, want God heeft vreugde in ons in Christus. Daarom wil je niets liever dan de Drie-enige God gehoorzamen, de10 geboden als leefregels van dankbaarheid uitleven. Niet voor jezelf, zodat God je zal redden, niet als beloning voor jouw geloof. Maar uit dankbaarheid aan God van wie je gelooft, zeker weet en vast vertrouwt, dat Hij jou al gered heeft. Daarom is Paulus dienaar, mogen wij allemaal minister zijn, dienaar van de Kroon.

Gods goedkeuring geeft ons vrijheid om te leven op een manier die Gods goedkeuring heeft. Dat is het Evangelie: het is goed in Christus én ga zo door om in radicale gehoorzaamheid aan God te leven. We leven niet op Gods manier om zijn kinderen te worden, maar uit dankbaarheid dat we al Gods kinderen zijn.

Getuigen wij wel eens van ons geloof? Straks bij de koffie? In alle kwetsbaarheid delen wat geloof voor ons persoonlijk betekent. Zodat anderen ontdekken wat het geloof allemaal inhoudt. Het niets te maken heeft met religie, regeltjes en wetjes, maar met liefde die ons hart veroverd heeft. Niet om ons zelf in middelpunt te zetten, maar om God te eren : door Gods genade! Merken anderen aan ons dat we kind van de Vader zijn? Dat Jezus onze oudste broer is? Dat er een goede, heilige Geest in ons is die ons leidt? Zien anderen hoe het wonderlijke evangelie van genade ons leven heeft veranderd? Waardoor anderen ook geloven dat hun levens ook kunnen veranderen. Als hopeloos geval Paulus dienaar van God kan worden, dan is niemand meer hopeloos! We zijn misschien geen apostel, maar wel getuige van Christus. Getuigen van Gods genade in ons : glorie aan God!

Floris den Oudsten v.d.m.
predikant Gereformeerde Kerk Enter 
contactgegevens:
Rijssenseweg 11 7468 AA Enter
0547-381384

Christelijke eenheid betekent : iedereen accepteren die in Christus Jezus is, toch?
“Een christen uit Nederland heeft veel meer gemeenschappelijk met een christen uit één of andere nomadenstam in Verweggistan, dan met zijn ongelovige buurman die in dezelfde auto rijdt en de kinderen naar dezelfde school doet…”

Met ongelovige mensen om ons heen deel je bijzaken, met een christen uit Verweggistan deel je het meest wezenlijke : geloof in zelfde God. Je bent kinderen van dezelfde Vader, bent beiden gered door dezelfde Christus, je leven wordt geleid door dezelfde Geest.

Toch?

En nog eentje om over na te denken :

“Christelijke eenheid negeert cultureel onderscheid

en heeft niets te maken met culturele overeenkomsten.”

We denken zondagavond met elkaar na over de eenheid in Christus en de daarbij horende vrijheid. En welke praktische gevolgen dat het heeft voor ons gemeente-zijn en lid zijn van de gemeente…

Welkom zondagavond als we verder lezen in Galaten 2.

Floris den Oudsten v.d.m.
predikant Gereformeerde Kerk Enter 
contactgegevens:
Rijssenseweg 11 7468 AA Enter
0547-381384 …

Hoe ben jij tot geloof in Jezus Christus gekomen?

Wat betekent het dat jij lid bent van de gemeente van Jezus Christus?

Paulus geeft in Galaten 1 zijn getuigenis, hoe hij als gelovig/godsdienstig persoon tot geloof in Jezus Christus is gekomen, lid geworden is van de gemeente van Jezus Christus.

Net zoals Petra uitlegde hoe ze tot echt geloof is gekomen, waarom ze nu echt belijdenis wilde doen van haar geloof in Jezus Christus.

Zoals ook anderen die belijdenis deden, openlijk vertelden over hun redenen. Waardoor iedereen die dat hoorde/las God prees.

Je getuigenis geven, heeft als doel dat God alle eer toekomt. De God van de wonderlijke genade. Dat we telkens weer onder indruk raken van God die werkt, ook in Enter 2019…

Welkom zondagmorgen om verder na te denker over Paulus’ én ons getuigenis.

Floris den Oudsten v.d.m.
predikant Gereformeerde Kerk Enter 
contactgegevens:
Rijssenseweg 11 7468 AA Enter
0547-381384

Er leeft een wijdverbreid misverstand onder christenen, namelijk dat ‘het evangelie’ vooral is bedoeld voor niet-christenen. Als ware het een basisset ‘abc’-leerstellingen waarin wordt uiteengezet hoe iemand het koninkrijk van God kan binnengaan. Maar eenmaal bekeerd, hoeven we niet meer het evangelie te horen/bestuderen/begrijpen. Dan hebben we ‘materiaal voor gevorderden’ nodig.

De Galatenbrief maakt ons duidelijk dat het evangelie niet het abc, maar het a tot z van het christelijke leven is. Niet slechts een manier waarop je het koninkrijk van God binnengaat, maar de manier waarop je leeft als je deel uitmaakt van het koninkrijk. Het is de manier waarop Christus mensen, kerken en gemeenschappen verandert.

We lezen Galaten 1: 1-12

Opvallendste aan het begin van de brief is dat Paulus verbaasd, boos, woedend is. Niets geen dankwoorden, groeten aan die en die : het verbaast mij; vervloekt is hij… Bizar! Waarom schrijft Paulus zo heftig, zo emotioneel?!

1) Paulus is verbaasd dat deze jonge christenen een evangelie aanvaarden dat geen evangelie is. Ze worden in verwarring gebracht.

2) Paulus is boos op hen die de bekeerlingen misleiden, het Evangelie van Christus willen verdraaien. Hij spreekt een vervloeking over deze mensen uit. Indirect is Paulus ook boos op deze jonge christenen in Galatië zelf : Paulus is verbaasd/boos dat ze God Die hen geroepen heeft, zo snel hebben verlaten voor iets anders.

Later in de brief ontdekken we de oorzaak van dit heftige begin. Het gaat om een groep mensen die aan de bekeerde christenen uit de heidenen leerden dat ze verplicht waren om zich te houden aan de joodse culturele gebruiken uit de wetten van Mozes: spijswet, besnijdenis enz. Alleen dan zouden ze werkelijk rechtvaardig voor God zijn. Voor de Galaten klonk dat waarschijnlijk vertrouwd, niet radicaal anders dan wat ze eerder hoorden. Daar draait christelijke geloof toch om: rechtvaardig voor God zijn, goed mens zijn? Maar Paulus schrijft: NEE, dit staat lijnrecht tegenover wat ik jullie geleerd heb! Paulus gaat vol op het orgel : ‘vervloekt is hij

Maar als we geloven wat Paulus geloofde over het Evangelie dan zullen we het met hem eens zijn. Als de Galaten God echt de rug toekeren en een evangelie aanvaarden dat helemaal  geen evangelie is. Dan verkeren ze in groot gevaar  : keer om, bekeer je! Zoals mensen die uit het dakluik van de bus hangen en niet doorhebben dat ze een viaduct naderen… Jij rijdt achter ze en je schreeuwt het uit : pas op!!!

Maar wie is Paulus dat hij die christenen op deze manier aanspreekt?!

Ik schrik er altijd van als er zulke grote woorden worden gebruikt. Stel nu dat Paulus ons zo zou schrijven/mailen… of een oud-predikant…

1) Paulus is een Apostel, een man met rechtstreeks gezag van God. Gezonden : ‘niet vanwege mensen, noch door een mens, niet aangesteld of gezonden door een mensen, maar door Jezus Christus en God, de Vader’ : Uniek! Vandaag zijn er ook geroepenen en gezondenen, niet vanwege mensen, maar wel door mensen. Uiteindelijk ontvangen ze hun roeping van God, maar toch worden ze geroepen door mensen: predikanten, kerkenraadsleden. Maar Paulus heeft zijn apostolische aanstelling rechtstreeks door de opgestane Jezus Christus zelf ontvangen.

2) Gezonden met specifiek goddelijke boodschap: het evangelie prediken, verkondigen. Daarmee is zijn goddelijke onderwijs norm om te beoordelen wat waarheid en leugen is, zegen en vloek. Niemand kan daar nog wat aan veranderen, geen engel, geen andere apostel, niemand. Vandaag zijn er geen apostelen op de manier zoals Paulus en die andere elf. Zij waren uniek : ze hebben de opgestane Jezus Christus ontmoet, onderwijs van Jezus zelf ontvangen, wat zij schrijven is Gods Woord!

Deze door God aangestelde apostel herinnert de Galaten aan zijn specifiek goddelijke boodschap : het evangelie. Hij geeft een beknopte samenvatting van de boodschap van het Evangelie:

1) Wie wij zijn : hulpeloos en verloren, we moesten worden bevrijd, ontrukt, getrokken (vs.4)

Andere godsdiensten gesticht door mensen, die kwamen onderwijzen, niet om te bevrijden. Jezus was geweldige leraar, maar daar heeft Paulus het hier niet over. Velen denken, een christen is iemand die Jezus’ onderwijs gehoorzaamt, zijn voorbeeld volgt. Dat is onmogelijk, volgens Paulus.

Je redt iemand alleen maar als de persoon er slecht aan toe is, hulp nodig heeft. Als iemand verdrinkt, dan moet je hem niet een handboek ‘hoe leer ik zwemmen’ toegooien, geen instructies geven hoe ze wat moet doen. Je moet redden, een touw/reddingsboei gooien. Jezus is geen leraar, maar redder. Niet iemand die aan de kant maar wat stond te roepen, Hij sprong zelf het water in, om ons te redden.

Dat is een confronterend feit. De redding door Jezus is levensnoodzakelijk, dat redt ons echt. Niets in wie wij zijn of wat wij doen, redt ons, daartoe zijn we zelf niet in staat!

2) Wat Jezus deed : hoe heeft Jezus ons gered?

Hij heeft zichzelf gegeven voor onze zonden. Jezus bracht een plaatsvervangend offer, ‘voor onze zonden’, namens of in plaats van onze zonden.

Dat is revolutionair, die plaatsvervanging, daar hoefden wij niets voor te doen. Jezus gaf ons geen 2e kans om het nu eens echt goed te doen; doet geen oproep om serieuzer, een goed mens te zijn. Jezus deed alles wat wij hadden moeten doen, maar wat ons niet lukt, wij niet kunnen. Als Jezus’ dood echt namens ons betaling is voor onze zonden, kunnen we nooit opnieuw in staat van beschuldiging worden gesteld. Want dan zou God twee keer betaald moeten worden voor dezelfde zonden en dat is onrechtvaardig. Het is onrechtvaardig als voor één rekening, twee keer betaald moet worden. Jezus deed alles wat wij hadden moeten doen, in onze plaats, daarmee is het afgerond, volbracht. Dus als Jezus onze redder wordt, zijn wij volkomen vrij van straf en veroordeling,  vervloeking en schuld

3) Wat Vader deed : God heeft het werk dat Christus namens ons deed, aanvaard, door Hem uit dood op te wekken (vs.1) en door ons genade en vrede te schenken  (vs.3) die Christus voor ons verdiend en bereikt heeft. Dit resultaat uit het verleden, biedt wel garanties voor toekomst!

4) Waarom God het deed : allemaal uit genade.

Niet op grond van iets wat wij gedaan hebben, maar het was de wil van onze God en Vader (vs.4) Wij hebben er niet om gevraagd maar hebben het gekregen : onze redding is genade! Genade, mercy (niet krijgen, wat je wel verdiend hebt, dood) en grace (wel krijgen, wat je niet verdiend hebt, leven)

Daarom is het God alleen die de heerlijkheid toekomt in alle eeuwigheid. Als… we zelf hadden bijgedragen aan onze redding of als we onszelf hadden gered of als God iets in ons had ontdekt waardoor we redding verdienden of wat Hij kon gebruiken in zijn plan of zelfs als we alleen maar tot de conclusie waren gekomen dat we inderdaad gered moesten worden en ‘help’ hadden geroepen… dan konden we onszelf een schouderklop geven voor het aandeel dat we geleverd hadden aan onze redding. Maar het Bijbels Evangelie is duidelijk: de redding is van begin tot einde Gods werk. Deze waarheid maakt ons klein, is de kern van het christelijke geloof. Wij willen niets liever dan onze eigen redders zijn, vinden het heerlijk om onze eigen eer te zoeken.

Daarom zijn systemen waarin we zelf bijdragen aan onze redding zo aantrekkelijk.

Religieus, eigen vrome wijsheid: houd je aan deze regels en je zult tot in eeuwigheid zegen verdienen.

Werelds, alles om ons heen: zorg dat je dit of dat verwerft en je zult hier en nu zegen ervaren.

Het Evangelie keert alles om: jouw situatie is zo hopeloos dat je een reddingsoperatie nodig hebt waar je zelf helemaal niets aan bijdraagt. God zorgt in Jezus voor die reddingsoperatie, die je oneindig veel meer geeft dan elk valse redding waar je diep van binnen naar verlangt.

Paulus herinnert ons eraan dat we in het evangelie dieper gezonken zijn en tegelijk hoger opgericht worden dan we ons ooit kunnen voorstellen.

Dit Evangelie is door kerkelijke leiders Galatië verdraaid, en door kerkleden rug toegekeerd…

Maar is dit nu echt zo dramatisch?!

Paulus: elke verandering van ‘het evangelie’ zorgt er voor dat het helemaal geen evangelie meer is…

Hoe kan een kleine verandering van het evangelie het allemaal waardeloos maken? Omdat we door de genade van Christus zijn geroepen. Door God zelf zijn wij geroepen, niet wij gingen roepen. Of de het moeten de gvd’s zijn… God heeft ons allemaal als zijn kind aanvaard, ondanks dat we niets verdienden. God aanvaardt ons en daarna volgen wij. In alle andere godsdienstige systemen gaat het andersom: je moet eerst God iets geven en daarna wordt je aanvaard. Dan verdraai je de boel, keer je de zaak om. Als… je ook maar iets toevoegt aan Christus als voorwaarde om door God aanvaard te worden, als je gaat zeggen: om gered te worden heb ik genade van Christus nodig + nog iets..dan keer je de volgorde van het Evangelie radicaal om. En een ander Evangelie is geen ander evangelie,

maar is helemaal geen evangelie. Het Evangelie een tikkeltje veranderen is het zo volkomen kwijtraken dat het nieuwe onderwijs geen evangelie mag heten.

Luther: er is geen middenweg tussen christelijke rechtvaardigheid en rechtvaardigheid door goede werken.

Als je niet vertrouwt op het werk van Christus, dan moet je op je eigen werken vertrouwen…ben je aan jezelf overgeleverd. Het is of Jezus of jijzelf…

Het Evangelie kwijtraken in onze tijd gebeurd door de ontkenning van twee feiten:

– wij mensen zijn te zondig om bij te dragen aan onze verlossing, we hebben een complete redding nodig.

– wij mensen kunnen alleen gered worden door te geloven in het werk van Jezus Christus en verder niets.

We zien hier drie ontsporingen:

1.) Je wordt gered door je over te geven aan Christus + de juiste overtuiging en het juiste gedrag. Geef je leven aan Jezus, laat Jezus toe in je leven. Voor je het weet is jouw keuze, geloof, gevoel, vertrouwen, toegewijd leven alles bepalend. Eerst moet je een bepaald geestelijk nivo bereiken én vasthouden, voordat je goed genoeg bent voor God. Maar we worden niet gered vanwege ons geweldige geloofsnivo, maar door ons geloof. Niet de mate waarin we geloven bepaalt of we gered worden of niet, maar datgene waarin we  geloven. Niet wat wij mensen doen redt, maar wat Christus doet redt.

2.) Het maakt niet zoveel uit wat je gelooft, zolang je maar een liefdevol en goed mens bent. Alle goede mensen, ongeacht hun religie of gebrek daaraan, vinden God.

a) Goede werken zijn genoeg om bij God te komen.

Als alle goede mensen God kunnen kennen, dan was Jezus’ dood niet nodig geweest, deugdzaamheid is dan genoeg. Voor slechte mensen is er dan geen hoop en dat gaat regelrecht in tegen Evangelie voor zondaren, waarin zowel goede als slechte mensen uitgenodigd worden voor Gods feest. Niet een exclusief feestje, voor bepaalde elite, maar een inclusief feestje, iedereen is welkom.

b) Mensen kunnen gaan denken dat God blij is als je maar tolerant en open bent. Je hebt geen genade nodig, je krijgt het eeuwige leven zelf al. Dan komt eer en heerlijkheid aan jezelf toe, in plaats van aan onze God en Vader. Het Evangelie daagt juist uit om onder ogen te zien hoe gruwelijk diep de zonde gaat, hoe vervreemd we zijn van Gods verlangen met zijn schepping, we niet zo tolerant zijn als we anderen/onszelf doen geloven.

3.) Uiterst onverdraagzaam ten aanzien van kleine afwijkingen in uiterlijkheden of gewoontes.

De dwaalleraars in Galatië wilden veel oude regels en bepalingen opleggen die te maken hadden met kleding, eten, drinken, rituele voorschriften. Denk aan kerken of kerkmensen waar alles strikt volgens de regels moet gaan en met godsdienstige gemeenschappen die streng toezicht houden op hun leden

en strikte aanwijzingen geven voor hoe ze op de ‘juiste’ manier moeten eten, kleden, uitgaan, tijd moeten gebruiken.

Waar dreigen wij als gemeente te ontsporen? Welke is persoonlijk het grootste gevaar?

Velen zullen zeggen: die derde zeker niet… Nou, als ik zie hoe belangrijk bijzaken soms worden… Maar de eerste en tweede vorm vormen een veel groter risico, veel minder duidelijk… Goed mens, geloven zonder kerk, komt God dan echt nog aan zijn eer? Vertrouwen op kerkgang, financiële bijdrage, inzet voor kerk, als goed christen leven. Of hoe ik geloof, wat ik meemaak, welke keuzes ik maak voor/met Jezus…Maar Jezus dan?

Als het enige echte Evangelie zo belangrijk is en zo vaak en zo gemakkelijk verdraaid wordt, hoe kunnen we zeker zijn dat Evangelie wat wij geloven echt waar is?!

Niet gevoel, wat anderen geloven, wat goed klinkt, maar wat echt waar is, werkelijk kan redden, voor eeuwig. Paulus helpt ons. De maatstaf is het Evangelie dat hij en andere apostelen hebben ontvangen, de Bijbel. Ook al zou Paulus of een engel later iets anders vertellen. De overeenstemming onder apostelen over de boodschap van Jezus is de basis voor beoordeling van alle waarheidclaims. De Bijbel beoordeelt de kerk, niet de kerk beoordeelt de Bijbel. De Bijbel is de basis en oorsprong van de kerk, van ons geloof. De kerk, ons geloof, is niet de basis van de Bijbel. Wij moeten elkaar beoordelen op grond van het Bijbelse Evangelie, niet op grond van gewoonte of traditie of gevoel of eigen wijsheid. Telkens weer moeten we ons leven als persoon en kerk naast Bijbel leggen. Dan weinig tijd over voor bijzaakjes…

Paulus is zo heftig, omdat het Evangelie zo duidelijk is.

1) Als je water bij wijn doet, is het geen wijn meer. Als je een deel van het Evangelie afwijst, wijs je Jezus Christus af.

2) Een ander evangelie is helemaal geen evangelie.

Net als met vacuüm, je kan daar niet klein beetje lucht bij doen: ‘90% vacuüm’ of ‘met lucht verrijkt vacuüm’. Het is compleet vacuüm of helemaal geen vacuüm meer.

Dat is de boodschap van het Evangelie: je bent gered door genade, dankzij Jezus Christus en verder helemaal niets. Zodra je iets toevoegt of afdoet, ben je het allemaal en helemaal kwijt. Zodra je het verandert, keer je het om.

3) Leidt ook tot veroordeling.

Uiteindelijk zal je zonder Christus sterven en voor altijd zonder Christus zijn. Maar ook praktisch voor nu : andere ‘evangeliën’ en vertrouwen op andere manieren van redding, gaan altijd samen met angst, bezorgdheid, schuld (het gevoel van veroordeling en vervloeking). In deze tegenwoordige door kwaad beheerste wereld heeft dan nog steeds invloed op je. Maar daaruit, uit die door het kwaad beheerste wereld, heeft Jezus Christus ons getrokken, Hij heeft ons bevrijd, gered. Hij heeft u, jou en mij in liefde aanvaard, ons rechtvaardig voor God verklaard…



Floris den Oudsten v.d.m.
predikant Gereformeerde Kerk Enter 
contactgegevens:
Rijssenseweg 11 7468 AA Enter
0547-381384

Wanneer bid je?

Voor het eten, slapen, op school, in de kerk, op je werk, in de kantine?

En verder?

Als je ziek bent, eenzaam, verdrietig, verdwaald? Dan gaat het vaak vanzelf: help!

Maar als er niets bijzonders is? Als alles gewoon gaat?

Voor veel mensen is God dan als de ANWB, of als 112, of als Superman, voor als er problemen zijn.

Biddag: een dag speciaal om God nog meer dan anders te vragen om ons te helpen. Ook al zijn er niet echt problemen, maar voor al die gewone dingen, die misschien niet gewoon zijn. God hebben we niet soms nodig, maar altijd, bij alles wat we doen.

Daar staan heel verhalen over in Bijbel. Biddagavond lezen we over Abrahams knecht die God nodig heeft als hij in opdracht van Abraham op zoek moet naar een vrouw voor Izak, de zoon van Abraham.

Het eerste wat de knecht doet is bidden, praten met God, vragen of God wil zegenen, zijn plan wil doen lukken. De knecht weet dat het moeilijk is: hoe vind ik nu de juiste vrouw? Hij legt God uit hoe hij het wil aanpakken en of God daarbij wil helpen. Dus, je moet zelf goed nadenken, plannen maken, maar God niet vergeten. Bidden én werken.

We denken er verder met elkaar over na én bidden samen om Gods zegen voor gewas, arbeid en nog zoveel meer.

Hartelijk welkom in de Biddagdienst die om 19.30u begint!

Floris den Oudsten v.d.m.
predikant Gereformeerde Kerk Enter 
contactgegevens:
Rijssenseweg 11 7468 AA Enter
0547-381384

In dit filmpje gaan mensen naar een geweldige plek –

Maar christenen gaan niet naar een geweldige plek, de geweldige plek komt naar ons. Beter gezegd : we gaan eerst naar een geweldige plek, maar uiteindelijk komt de geweldigste plek naar ons. Uiteindelijk gaat dus niemand van ons naar de hemel! Maar uiteindelijk komt de hemel naar ons. God wil jou dan ontmoeten, in zijn hemel, maar wil jij dat ook?

We lazen Openbaring 21 : 1-7

Is er leven na de dood?

Na dood is het over en uit,… toch?

De Bijbel gaat uit van leven na de dood.

Stel dat de Bijbel gelijk heeft, er leven na de dood is…een hemel…

Dan gaan we allemaal naar de hemel, toch?

Tuurlijk!

De hel bestaat niet, niemand is zo slecht dat hij/zij naar hel moet. Die is alleen voor echte slechte mensen. En niemand van ons of onze familie/vrienden is zo slecht…

De Bijbel gaat uit van leven na de dood, van hemel, maar ook van hel…

Als er een hel is, dan is die leeg…toch?

Geloven we dat echt?

Dat mensen die deze aarde tot hel maken, straks in de hemel zijn?

Zal God het risico willen lopen dat de hemel verpest wordt door slechte mensen?

Ik geloof dat niet, de Bijbel ook niet…

Hemel en hel zijn er volgens de Bijbel echt. Er is leven na dood, goed en slecht, hemel en hel…

Ga jij naar die hemel?

Eerst nog : wat is de hemel?

Zojuist uit Openbaring gelezen, dat was nog best lastig.

Straks zal wat er eerst was, de eerste dingen, eerste hemel en eerste aarde, onze aarde, dat zal er niet meer zijn. Alles wat er eerst was, wat er nu is, zal dan, straks, voorbij zijn gegaan : alles is straks nieuw! Alles wordt straks totaal anders. Dat maakt het voor ons nu lastig om over straks te spreken. Nieuw is niet een beetje anders, maar nieuw is totaal anders, dat heb je nog nooit eerder meegemaakt (ouder worden, broertje/zusje, nieuw orgaan). Bij die nieuwe hemel en nieuwe aarde kunnen we ons niets voorstellen, ons voorstellingsvermogen schiet te kort om dit nieuwe, onbekende, voor te stellen.

Het gaat om de hele wereld, totale kosmos, niet alleen om mij, niet alleen om mensen, maar God zal dan alle dingen nieuw maken. De Bijbel, het geloof, gaat dus niet om de vraag of je wel of niet in de hemel komt, maar is veel alles omvattender. Gods plan met ons gaat ons menselijke voorstellingsvermogen te boven, omdat het over alles gaat. Logisch ook, dat nieuwe komt bij God vandaan… God overtreft zichzelf als het ware. Wij mensen gaan het meemaken, maar kunnen het ons nu nog niet voorstellen wat God straks geeft. Zoals je soms iets niet aan anderen kan uitleggen, dat moet je meemaken. Tot die tijd niet afwachten, we zullen wel zien, of niet… Maar verwachten, hopen, uitkijken, dat God zal doen wat Hij belooft heeft, zeker weten! Afwachten is onverschillig, passief, misschien ook wel niet. Verwachten is hopen, actief, tuurlijk komt het. Zoals met de bruiloft waar jij voor bent uitgenodigd. Dat wacht je niet af, kan je niets schelen, misschien ook wel niet. Tuurlijk, die bruiloft komt, super zin in, uitkijken, verwachten. Je leeft er naar toe : nieuwe kleren, leuk stukje, op tijd naar bed. Zo leven we toe naar moment dat alles nieuw wordt, totaal anders, en alles is dan helemaal af, perfect!

Uiteindelijk gaat niemand van ons naar de hemel, …maar de hemel komt naar ons, daalt neer van God uit de hemel. God komt bij zijn kinderen wonen, daarmee is het plan van God helemaal af. God is zijn plan met de wereld aan het ont-vouwen.

Het plan van God begon heel klein, met Adam en Eva in paradijs, Abraham, Izak, Jakob, Jozef. Het werd steeds groter, met volk Israel, Mozes, koning David. Nog groter met Jezus, de hele wereld, geweldig. Straks zal het nog groter worden, op het laatst voor ons nu nog onvoorstelbaar. Het zal prachtig zijn, zoals bruid die sierlijk gemaakt is voor haar man… Kan ik mij veel bij voorstellen en dat zal nog overtroffen worden door het nieuwe van God.

Het zal helemaal af zijn, perfect, prachtig, maar zullen er dingen ook niet zijn?

De dood zal er niet meer zijn, ook geen rouw, jammerklacht of pijn zal er meer zijn. Alle tranen die er nog zijn, zullen door God van onze ogen worden afgewist. Al het negatieve van deze wereld is er niet meer. Al het positieve van deze wereld zal er in perfectie zijn. Alle eerste dingen, alles wat negatief is, is er niet meer, alles is nieuw, van God, positief…

We gaan dus uiteindelijk niet naar hemel, maar nieuwe hemel en nieuwe aarde komt naar ons.

Maar wat als we sterven? Dan zeggen we toch dat we naar hemel gaan?

Er zijn twee hemels: onze hemel waar we nu naar toe willen en de Bijbelse hemel die straks naar ons toekomt. Als we sterven, in de tussentijd tot straks, zijn de doden in Christus, bij God. De moordenaar aan kruis was ‘heden’ in het paradijs, niet in het Koninkrijk van God. Een paradijselijke toestand, het goede waar het allemaal mee begonnen is. De hemel waar we over spreken is niet het Koninkrijk van God. Het is nog niet de nieuwe hemel en aarde waar het uiteindelijk op uitloopt. De hemel in ons spraakgebruik is het begin van het nieuwe dat straks komt, de uiteindelijke nieuwe hemel en nieuwe aarde. Gestorven gelovigen hebben in de hemel nog niet alles, ze wachten nog op hun nieuwe lichaam.  De rust, hoe goed ook, is nog niet volmaakt en volkomen. Het is, als een tussenstation op weg naar het eindstation. Je bent in de goede richting, maar je bent er nog niet. Het is als een hal waar je wacht om naar het feest te gaan. Je ervaart al van alles, maar het is nog even wachten. Of als op een trouwdag, alles staat klaar, iedereen heeft er zin in, maar het bruidspaar is er nog niet, daar gaat het uiteindelijk om. De hemel als goede plaats waar je bent met Christus, waar je tijd al helemaal vergeet, in afwachting van het definitieve wat komt uit God. Daar bidden we ook om als we zeggen: Laat uw Koninkrijk kome!

Ga je naar de hemel?

Om van een heerlijke biertje te genieten ga je niet in de koelkast zitten, maar je haalt het biertje op.

Nog mooier, zoals dit filmpje : Een lopende vriezer die naar je toekomt met daarin het biertje. God komt naar ons toe met de nieuwe hemel en nieuwe aarde, alles wat ons voorstelling te boven gaat.

Ga/wil jij naar die hemel?

Veel mensen willen wel naar de hemel, maar willen niets met God te maken hebben. Maar als de hemel bestaat, dan is die niet door mensen gemaakt. Dan is die hemel door God gemaakt en dan is het logisch dat God ook over het toelatingsbeleid gaat. Als jouw vader en moeder een feest geven in jullie nieuwe huis, bepalen jouw vader en moeder wie er mogen komen, het is hun feest in jullie nieuwe huis. Denk je dat jij als kind ook mag komen? Natuurlijk! God geeft een straks feest op zijn nieuwe hemel en aarde. God bepaalt wie er mogen komen, het is zijn feest op zijn nieuwe hemel en aarde. Denk je dat jij als kind van God ook mag komen? Natuurlijk! Iedereen die in Jezus gelooft, is kind van God, is welkom bij God.

In Bijbel draait het om liefde tussen God en mens.

Liefde tussen vader en zijn kinderen, Vader die iedereen wil liefhebben als zijn kinderen. Wil jij dat?

Liefde tussen vrienden, Jezus die zijn leven overheeft voor zijn vrienden. Wil jij dat?

Liefde in onze geest/gedacht, Heilige Geest die ons wil helpen het goede te doen. Wil jij dat?

Dat je God nu kent en je er naar verlangt om Hem nog meer te kennen…lief te hebben. Dat is christelijke hoop, daar leven we voor, samen met God zijn, hier in gebrokenheid en straks volmaakt.

Hij jouw God, jij zijn kind, zoals belooft bij doop, toegezegd begin kerkdienst, 1e van 10 geboden

Dat is onze toekomst, voorpret voor straks, die ons leven nu mooier maakt. Ook als we nu nog geconfronteerd worden met ziekte en dood, rouw en tranen. God nodigt jou uit om nu al met Hem te leven, zodat er nu al een relatie ontstaat die straks perfect zal zijn. Wil jij nu al met God leven?

We begonnen met : Ga jij straks naar de hemel? Ik zou de vraag willen omdraaien : Mag er nu al iets van de hemel bij jou komen, God in jou? Om je straks thuis te voelen op de nieuwe hemel en nieuwe aarde, is het belangrijk dat je nu al in relatie met Jezus leeft. Daarvoor leven wij, hier en nu, dat het is het doel van het christelijke leven. Niet wachtend tot we na onze dood naar hemel gaan en tot die tijd maar doen wat we willen. Maar ons leven als voorbereiding op wat komen gaat : de nieuwe hemel en nieuwe aarde,  vernieuwing van alles, nieuwe Jeruzalem dat uit hemel neerdaalt, Gods plan dat uiteindelijk totaal ontvouwd wordt. Daarvoor zijn we gemaakt toen God zijn schepping schiep.  Leven in relatie met God, hemels leven, nu in gebrokenheid, straks volmaakt!

Floris den Oudsten v.d.m.
predikant Gereformeerde Kerk Enter 
contactgegevens:
Rijssenseweg 11 7468 AA Enter
0547-381384


Stel dat iemand jou vraagt : wie ben jij? Wat zou jij dan antwoorden?

De kern van mijn bestaan, wie ik ben, is dat ik geloof dat u, jij en ik, wij allemaal, geliefde zonen en dochters van God zijn.

In Galaten 3:26 lezen we : door het geloof en in Christus Jezus bent u allen kinderen van God

U, jij, ik : wij zijn kinderen van God.

Dat is een gave, een cadeau, om dat echt te ontvangen, binnen te laten komen. En een opgave om dat echt te beseffen, te geloven, én om vervolgens een leven te leiden vanuit dat geloof.

Dat is niet eenvoudig, om die waarheid te bevatten en om daar uit te leven. Velen wil dat maar niet lukken, blijven halverwege steken… We hebben leven lang nodig om onze doop te verstaan, te begrijpen wat dit allemaal betekent : kind van God, leven als kind van God.

Met een tekening wil ik proberen uit te beelden hoe we ons leven meestal leiden.

Met deze streep beeld ik mijn leven voor. Maar wij zijn onderdeel van een grotere tijdlijn, dat is die veel langere streep. Ons leven is beperkt, een kort leven dat snel voorbij gaat.

Vraag waar we ons hele leven mee bezig blijven : wie ben ik?

De antwoorden zijn onder te verdelen in drie groepen.

1.) Ik ben wat ik doe

Heel tastbaar, concreet.

Als ik goede dingen doe, als ik succesvol ben : voel ik me goed. Maar als ik domme dingen doe, als ik faal : voel ik me rot.

Als je ouder wordt, kijk je naar wat je gedaan hebt. Ik heb het goed gedaan : dat maakt je dankbaar. Of ik had het beter kunnen/moeten doen : dat kan teleurstelling geven. Wat je doet in je relatie, in je gezin, opvoeding, in je vriendengroep, op je werk, in de kerk, vrijwilligerswerk, sport bepaald voor een groot deel je zelfbeeld.

Wat ik doe, beïnvloedt wie ik ben, positief of negatief…

2.) Ik ben wat anderen over mij zeggen

Wat anderen over je zeggen, maakt heel veel indruk. Soms is de mening van anderen zelfs overheersend.

Als mensen goed over je spreken, voel je je heerlijk. Maar als iemand achter je rug om of recht in je gezicht, negatief over je spreekt, voel je je ineens heel verdrietig.

Als 100 mensen mij een hand geven, iets vriendelijks zeggen, kan dat teniet gedaan worden door 1 iemand die iets onvriendelijks zegt.

Het lijkt erop dat afkeurende woorden van ander, je recht in het hart kunnen raken.

Als iemand ’s ochtends iets tegen je zegt, kan dat de hele dag bij je blijven en je humeur verpesten.

Als je net voor het slapen nog een lelijk berichtje krijgt, dan kan dat je nachtrust verzieken.

Als iemand je belt en de ander vertelt hoe blij die met je is, dan kan je er van stralen.

Je geliefd weten, is geweldig.

Wat anderen over mij zeggen, beïnvloedt wie ik ben, positief of negatief…

3.) Ik ben wat ik heb

Aardige ouders, lieve kinderen, toffe vrienden, mooie auto/huis/…, goede opleiding, uitdagend werk, goede gezondheid. Je hebt zo veel.

Maar zodra je er iets van verliest : iemand overlijdt, je wordt ziek/werkloos, dan kan je heel snel in vicieuze cirkel terecht komen, waarbij al het levensplezier je wordt ontnomen.

Wat je hebt, beïnvloedt wie je bent, positief of negatief…

In deze drie punten stoppen wij heel veel energie in het korte leven wat we hebben.

Ik ben wat ik doe, ik ben wat anderen over me zeggen, ik ben wat ik heb.

Als mensen goed over je spreken, als je heel veel hebt en als je goede dingen doet, ben je blij en enthousiast en gelukkig. Maar als het minder gaat, als je ontdekt dat je dingen niet meer kan, dat mensen slecht over je spreken, je waardevolle dingen/personen kwijtraakt, ben je al snel een stuk een minder blij, niet meer zo enthousiast, voel je je ongelukkig. Voor je het weet gaat het leven op en neer als een jojo. Het gaat goed als aan deze drie punten zijn voldaan, het gaat slecht als we die dingen kwijtraken.

We willen aangehaakt blijven, ons leven danst aan die drie elastiekjes. De elastiekjes van ‘doen’, ‘anderen’ en ‘hebben. Daar hangen we ons leven aan op, ontlenen we ons bestaan aan, zo willen we gezien worden. We willen overleven. Vasthouden aan onze goede naam, onze goede reputatie, onze bezittingen. Maar uiteindelijk zullen we allemaal sterven. Als je zo’n leven leidt met ups en downs, bungelend aan elastiekjes, kom je tenslotte bij de dood en bij de dood is het afgelopen. Niemand praat meer over je, je hebt niets meer, je kunt niets meer doen, je raakt alles kwijt en van dat leventje van u, jou en mij blijft niets meer over. Wij zoeken op de verkeerde manier naar houvast, naar zekerheid, naar bevestiging.

Wat je doet, wat je hebt, wat anderen over je zeggen…

Maar dat is niet wie u bent, dat is niet wie ik ben.

We lezen Matteus 3 : 13 -4 : 11

De duivel zei tegen Jezus in de woestijn “verander deze stenen in brood”. Laat zien dat u iets kunt, iets goeds kunt doen. Spring van de tempel en laat u opvangen zodat mensen goed over u spreken. Kniel voor me neer, dan geef ik u veel bezittingen. Dan bent u geliefd, want u doet iets, mensen praten goed over u, en u hebt iets. Iedereen zal van u houden. Maar Jezus zei : dat is gelogen! Dat is de grootste leugen die er is. De waarheid is : aanbid de Heer, eer Hem. Alles wat je aanbidt, eert, daar ga je op lijken…vormt of mis-vormt je…

Jezus zei : ik weet wie ik ben. Dat had hij juist daarvoor gehoord, vanuit de hemel : jij bent mijn geliefde zoon, in jou vind ik vreugde. Dat is wie ik ben! Aan die stem hield Jezus zich vast terwijl hij zijn leven leidde. Sommige mensen prezen hem, anderen verwierpen hem. Sommigen riepen “hosanna”, anderen “kruisig hem”. Maar Jezus hield zich vast aan zijn waarheid, aan Gods waarheid. Wat er ook gebeurd, ik ben Gods geliefde zoon, geliefd door God. Dat is wie ik ben en daardoor kan ik leven in een wereld die me afwijst of prijst of me uitlacht of me spuugt. Ik ben geliefd. Niet omdat mensen me geweldig vinden, maar ik was al geliefd voordat ik geboren was.

Waar houden wij ons aan vast?

Wat is voor ons de waarheid?

Wat of wie bepaalt onze identiteit?

Wat je doet, wat anderen over je zeggen, wat je hebt?

Of gelooft u dat wat voor Jezus geldt, ook voor ons geldt?

U, jij en ik : wij zijn Gods geliefde zonen en dochters, geliefd door God.

Dat moet u niet alleen met uw oren horen, maar ook met uw hart.

We lezen Psalm 139 : 1-18

God kent ons, heeft kennis aan ons, wil in relatie met ons leven. Komt die stem nog bij ons binnen? Geloven we dat we Gods geliefde kinderen zijn? Gods hand houdt ons vast, laat ons niet los, draagt ons. Wij bungelen niet, maar wij worden gedragen, door goede machten trouw en stil omgeven. Niet alleen op de moeilijke momenten, maar op alle momenten van ons leven. Weet jij dat al tot in het diepst van je ziel/wezen/bestaan?! Leef jij zo, als geliefde zoon, geliefde dochter? Als je daarin gaat geloven, wordt dat geloof steeds groter. Zoals bij een steen in de vijver, de kringen steeds groter worden. Het ont-vouwt zich in je hart, in je leven, in het leven van alledag. Je zult nog steeds af en toe afgewezen en geprezen worden, winnen en verliezen. Maar dat beleef je niet als iemand die op zoek is naar identiteit, naar houvast. U beleeft dat als geliefde zoon of dochter van God. Door verdriet en lijden, blijdschap en vreugde, succes en mislukkingen, weet je altijd : ik ben Gods geliefde, in mij vindt hij vreugde.

Natuurlijk, wij proberen elkaar gelukkig te maken. Maar er is iemand die al voordat ouders, kinderen, vrienden, partner het gingen doen, jouw liefheeft, onvoorwaardelijk liefheeft. Mensen die van ons houden, doen ons niet altijd goed, mensen die om ons geven, doen ons soms pijn. Juist mensen die het dichtste bij zijn, kunnen je ook het meeste pijn doen. Hoe kunnen we leven met het feit dat liefde en verdriet altijd samengaan? Dat kan alleen, als we vasthouden aan die eerste liefde in ons leven. Die ons weefde in de buik van onze moeder. God die liefde is. Dan kunnen we vergeven die ons kwaad doen. Bovendien kunnen we in de liefde die we wel ontvangen een glimp opvangen van die eerste liefde van God, die echt is, van eeuwigheid tot eeuwigheid. Niet alleen in ons korte menselijk bestaan, maar altijd. Wij worden altijd door goede machten trouw en stil omgeven.

Elke keer als u geneigd bent bitter te worden, jaloers, uit te vallen, afgewezen voelt, zeg dan tegen jezelf : ik ben de geliefde van God. God draagt mijn leven, ik hang niet aan die drie elastiekjes. Maar er is onder mij basis : God is liefde!

Ook al word ik afgewezen, ik zie die afwijzing als een manier om de waarheid opnieuw te omarmen.  Op die manier kan ik de waarheid van mijn geliefd-zijn beter doorgronden. Als ik daaraan kan vasthouden tijdens mijn leven, dan kan ik in alle vrijheid van mensen houden zonder dat ik van ze verwacht dat ze al mijn wensen vervullen. Want God heeft u, jou en mij geschapen en een hart gegeven dat alleen ware voldoening krijgt door Gods liefde. Elke andere vorm van liefde is maar bijkomstigheid, mooi meegenomen. Andere vormen van liefde is maar beperkt, zal verdriet meebrengen. Als we voorkomen dat we verbitterd raken door dat verdriet en daardoor juist een dieper besef krijgen van ons geliefd-zijn, dan zijn we zo vrij als Jezus en bewandelen we de aarde in het besef van Gods liefde, waar we ook gaan.

Wie ben jij?

Al wat ik ben, dank ik aan Hem : aan Jezus’ liefde voor mij.

En : zolang ik besta, volg ik Hem na, krijgt Hij gestalte in mij.

Met de doop vieren wij dat God ons de liefde heeft verklaard.

Ons hart heeft veroverd.

Hij is onze bewondering waard, wij aanbidden Hem.

En wat je aanbidt, daar ga je op lijken, krijgt gestalte in jou.
We zingen  “Jezus’ liefde voor mij”

Daar ga je voor leven…als geliefd kind van God.

Floris den Oudsten v.d.m.
predikant Gereformeerde Kerk Enter 
contactgegevens:
Rijssenseweg 11 7468 AA Enter
0547-381384


Wij hangen onze identiteit op aan drie elastiekjes:

Ik ben wat ik doe

Ik ben wat ik heb

Ik ben wat anderen over mij zeggen

In deze drie punten stoppen wij heel veel energie in het korte leven wat we hebben.

Als mensen goed over je spreken, als ik heel veel heb en als ik goede dingen doe, ben ik blij, enthousiast en gelukkig.

Maar als het minder gaat, als ik ontdek dat ik dingen niet meer kan, dat mensen slecht over me spreken, ik waardevolle dingen/personen kwijtraak, ben ik al snel een stuk minder blij, niet meer zo enthousiast, voel ik me ongelukkig.

Voor je het weet gaat het leven op en neer als een jojo.

Het gaat goed als aan deze drie punten zijn voldaan, het gaat slecht als we die dingen kwijtraken.

Ons leven danst aan die drie elastiekjes. Daar hangen we ons leven aan op, ontlenen we ons bestaan aan, zo willen we gezien worden.

Wat je doet, wat je hebt, wat anderen over je zeggen…

Maar dat is niet wie u bent, dat is niet wie ik ben, toch?

Wie ben jij in het diepst van jou bestaan?

Daar denken we zondagmorgen met elkaar over na in de doopdienst. Juist de doop bepaalt ons bij het feit wie we werkelijk zijn…in Gods ogen.

Iedereen is van harte welkom in deze dienst waarin ook een start wordt gemaakt met het Paasproject van de Kinderkerk. Voor de allerkleinsten is er crèche in de kelder. Na de dienst is er gelegenheid om de doopouders te feliciteren en elkaar te ontmoeten in Ons Centrum.

Floris den Oudsten v.d.m.
predikant Gereformeerde Kerk Enter 
contactgegevens:
Rijssenseweg 11 7468 AA Enter
0547-381384