De preek begon met de vraag aan Joop om eens een slok water uit een glas te nemen. Wat proef je? Niets! Hoe kan dat? Logisch, het glas is leeg… In 2 Petrus 2:17 zegt Petrus : deze mensen zijn droogstaande bronnen, bronnen zonder water. Daar heb je dus niets aan als je dorst hebt, net zoals je niets hebt aan een leeg glas water…

Zoals je in donkere ruimte niets ziet, dat is logisch, je hebt geen licht… (beluister kindermoment over de ontdekkingstocht naar het luik) In 2 Petrus 1:19 zegt Petrus : wij hebben het profetische woord dat vast en zeker is, woorden van de profeten waarop ons vertrouwen alleen maar is toegenomen. U doet er goed aan uw aandacht altijd daarop gericht te houden, als op een lamp die schijnt in een donkere ruimte. Totdat de dag aanbreekt en de morgenster opgaat in uw hart.

Deze woorden zijn gericht aan gemeenteleden, maar moeten zeker ter harte worden genomen door de leiders van de gemeenten, ambtsdragers… Gericht zijn op het woord, zoals een lamp schijnt in een donkere ruimte. Zonder licht zie je niets…

Wat komt er uit ons als anderen die dorst hebben uit ons willen drinken? Levend water? Je kan pas geven als je zelf iets hebt, pas doorgeven als je zelf iets ontvangen hebt. Daarom beschrijft het formulier bij de bevestiging van ambtsdragers : voed u zelf met het woord van God! Eerst jezelf, dan anderen voeden… Het profetische woord wat vast en zeker is, waarop we steeds meer en meer zijn gaan vertrouwen.

Wat zien anderen als ze in het donker zoeken naar licht? Het Woord van God als onze lamp zolang het donker is? We hebben Gods Woord nodig totdat de dag aanbreekt, de morgenster opgaat in uw hart. Om dit allemaal beter te begrijpen willen we eerst nog kijken naar het voorafgaande, 1-15

1 Van Simeon Petrus, een dienstknecht/dienaar en apostel van Jezus Christus,

Dienstknecht/dienaar, die is eigendom / staat onder de macht van Christus en een apostel, iemand die is gezonden door Christus.

aan hen die een even/hetzelfde kostbaar geloof ontvangen hebben als wij,

Denk aan de Paaspreek : geloven is onmogelijk zonder tussenkomst van God zelf. God geeft ons het geloof, dat hebben we niet van onszelf, we hebben niets om trots op te zijn. Iedereen in de kerk is gelijk, iedereen heeft hetzelfde kostbare geschenk ontvangen, het geloof. Hoe? door de gerechtigheid/rechtvaardigheid van onze God en Zaligmaker/Redder, Jezus Christus:
Weten we het nog? Gerechtigheid/rechtvaardigheid van onze God wordt gerealiseerd op Goede Vrijdag en Paasmorgen. Als je alleen aan de ene kant van de weegschaal staat, ben je zondaar, gewogen en te licht bevonden. Je krijgt in eigen kracht die weegschaal niet naar beneden, het is een hopeloze zaak, zonde bepalen de balans… Tenzij Christus gewicht in de schaal legt door zijn dood voor jouw zonden én opstaat, tot nieuw leven. Dan wordt het werk van Jezus jou toegerekend, slaat de weegschaal door naar jouw kant, het is volbracht. Dan eist de wet van God dat je vrijgesproken wordt, dat is gerechtigheid/rechtvaardigheid. Als God naar je kijkt, ziet hij jou in Christus, ziet hij jouw advocaat, Jezus, ben jij meer dan overwinnaar. Want met Jezus ben je volmaakt, rechtvaardig. Je bent in jouw advocaat verdwenen. Zo lezen we in 2 Korinte 5 : 21 : Want Hem Die geen zonde gekend heeft, heeft Hij voor ons tot zonde gemaakt, opdat wij zouden worden gerechtigheid van God in Hem.

Zoals Jezus niet zelf zondig was, maar als zondaar behandeld en gestraft werd aan het kruis, zo worden wij die in Jezus geloven, hoewel we niet zelf rechtvaardig en volmaakt zijn, als rechtvaardig en volmaakt door de Vader behandeld, niet uit verdienste, maar om Jezus’ wil! Wij hebben het kostbare geloof ontvangen, door gerechtigheid van God en Jezus Christus

2 moge genade en vrede voor u vermeerderd worden/overvloed, door de kennis van God en van Jezus, onze Heer.
Kennis, dat is geen kwestie van verstand, een systeem, maar van je hart, het gaat om de relatie.

3 Immers, Zijn Goddelijke kracht heeft ons alles geschonken wat tot het leven en de godsvrucht behoort,

Gods kracht die sterker is dan dood, heeft ons alles geschonken, nieuw leven is daar maar een stukje ervan. Alles is veel meer…
door de kennis van Hem Die ons geroepen heeft door Zijn heerlijkheid en Zijn deugd.

Hoe? Weer ‘door kennis’, de relatie met Jezus die ons geroepen heeft.

Weer : we kregen hulp van buitenaf, we werden er bij geroepen, zoals Maria door Jezus werd geroepen bij het open graf, zonder Jezus er helemaal niets van had begrepen.
4 Daardoor heeft Hij ons de grootste en kostbare beloften geschonken,

God geeft alles (grootste, kostbare beloften) wat Hij heeft aan ons… waarom?
opdat u daardoor deel zou krijgen aan de Goddelijke natuur,
Om als God te worden, vol-maakt, steeds meer op Jezus gaan lijken.
nadat u het verderf, dat er door de begeerte in de wereld is, ontvlucht bent.
Vluchten voor alles wat slecht is, zoals Jozef vluchtte bij vrouw van Potifar.

Een korte tussenstand na deze eerste verzen:

Christelijk geloof gaat over wat God voor ons wil, niet wat God van ons wil.

Christelijk geloof gaat niet over netjes leven, dat proberen de meeste mensen te doen.

Christelijk geloof gaat niet over regeltjes, geen afstand doen van dingen die je leuk vindt, niet met de grootste weerzin dingen doen waarvan je denkt dat God het van je wil, maar jij absoluut niet.

Christelijk geloof gaat over het openstaan voor wat God kwijt wil aan ons, het deksel eraf halen.

Jezus leeft, en ik met Hem, wil jij dat? Wil jij Gods beloften ontvangen en openen en gebruiken?

Kan God aan ons kwijt wat Hij eerder allemaal al aan zijn Zoon Jezus gaf?

God heeft ons al alles gegeven : Gods kracht, zijn grootste beloften, gerechtigheid, geloof, genade en vrede. God heeft ons alles al gegeven voordat wij iets konden doen, toen Jezus riep : het is volbracht! Als wij het willen ontvangen, het deksel er af halen, ontvangen we een hemels startpakket, alles! We delen in Gods natuur, worden vervuld met Gods Geest, een belofte waar we vast op mogen vertrouwen! Niet altijd voelbaar, maar dat ligt dan meer aan ons als ontvangers, dan aan de hemelse Gever… Want God heeft ons geroepen, wil ons er bij hebben, wil ons nu al onderdeel maken van zijn Koninkrijk. Alles wat wij vervolgens mogen doen, staat in het kader/de ruimte van God genade. Om te groeien en bloeien zoals God het voor ogen heeft, als gemeentelid, als ambtsdrager.

Petrus geeft één voorwaarde : nadat u bent gevlucht voor het verderf, slechte, begeerte, lust :  wat steeds meer vraagt, maar steeds minder geeft : FB? Verslaving? Slechte gewoonten? Het maakt je minder mens. En het goede omarmen, werken aan christelijk karakter, goede keuzes maken. Het maakt je meer mens :

5 En daarom moet u zich er met alle inzet op toeleggen om aan uw geloof deugd toe te voegen, aan de deugd kennis, 6 aan de kennis zelfbeheersing, aan de zelfbeheersing volharding, aan de volharding godsvrucht, 7 aan de godsvrucht broederliefde en aan de broederliefde liefde voor iedereen.

8 Want als deze dingen bij u aanwezig zijn en toenemen, zullen ze u niet doelloos en onvruchtbaar laten wat de kennis van onze Heere Jezus Christus betreft. 9 Immers, bij wie deze dingen niet aanwezig zijn, die is blind en kortzichtig, omdat hij de reiniging van zijn vroegere zonden vergeten is.

Want als deze eigenschappen er zijn, toenemen dan wordt je doelgericht en vruchtbaar in kennis/relatie met God. Als deze eigenschappen er niet zijn, dan ben je kortzichtig, blind, doe je maar wat…

10 Daarom, broeders en zusters,, beijver u des te meer om uw roeping en verkiezing vast te maken; want als u dat doet, zult u nooit meer struikelen. 11 Want zo zal u in rijke mate de toegang worden verleend tot het eeuwig Koninkrijk van onze Heere en Zaligmaker, Jezus Christus. 12 Daarom zal ik niet nalaten u altijd aan deze dingen te herinneren, hoewel u ze weet en in de waarheid, die bij u is, versterkt bent.

Daarom broeders en zusters, span je in om het waar te maken, mee te gaan in Gods verlangen. Maak je roeping en verkiezing vast…

Het is de taak van de eerste pleitbezorger om God als Rechter te overtuigen jou vrij te spreken.

Het is taak van tweede pleitbezorger om de rechter in je eigen hart daarvan te overtuigen, vrij!

om duidelijk te maken wie je bent in Christus, om je te laten zien dat je ongelofelijk rijk bent.

En het is jouw taak om te luisteren en het te geloven : ik ben Gods geliefde kind!

Dan zal je nooit meer struikelen, onbeperkt toegang tot Koninkrijk van God, hemels leven. Dat is onze toekomstmuziek, maar niet alleen iets van later, het komt op ons toe, we ervaren er nu al iets van… Daarom blijft Petrus de mensen er aan herinneren, zodat ze het nooit zullen vergeten.

13 En ik acht het juist, zolang ik in deze tent ben, u op te wekken door de herinnering hieraan, 14 omdat ik weet dat het afbreken van mijn tent nu snel zal plaatsvinden, zoals onze Heere Jezus Christus mij ook duidelijk heeft gemaakt. 15 Maar ik zal mij ook voortdurend beijveren dat u na mijn heengaan deze dingen in gedachten blijft houden.

16 Want wij zijn geen kunstig bedachte verzinsels gevolgd, toen wij u de kracht en de komst van onze Heere Jezus Christus bekendmaakten, maar wij zijn ooggetuigen geweest van Zijn majesteit / hebben het met eigen ogen gezien. 17 Want Hij heeft van God de Vader eer en heerlijkheid ontvangen, toen een stem als deze van de verheven heerlijkheid tot Hem kwam: Dit is Mijn geliefde Zoon, in Wie Ik Mijn welbehagen heb. 18 En deze stem hebben wij gehoord, toen deze vanuit de hemel kwam, terwijl wij met Hem op de heilige berg waren.
Het is geen verzinsel van Petrus, hij zuigt het niet uit duim, hij was er zelf bij, heeft het zelf gezien. En daardoor is zijn vertrouwen in de woorden van de profeten alleen maar nog meer toegenomen.

19 En wij hebben het profetische woord, dat vast en zeker is, en u doet er goed aan daarop acht te slaan als op een lamp die schijnt in een duistere plaats, totdat de dag aanbreekt en de morgenster opgaat in uw hart.

20 Dit moet u allereerst weten, dat geen enkele profetie van de Schrift een eigenmachtige uitleg toelaat; 21 want de profetie is destijds niet voortgebracht door de wil van een mens, maar heilige mensen van God, door de Heilige Geest gedreven, hebben gesproken.

Dit klinkt misschien niet leuk in onze oren, in een tijd waarin iedereen zijn/haar eigen waarheid heeft. Ervaringen, je gevoel, eigen wijsheid veel belangrijker is dan wat iemand anders zegt of vindt. Wij hebben het profetische woord dat vast en zeker is, klinkt als : wij hebben het… Je kan het ook anders bezien : als we ons niet laten leiden door wat God zegt, waardoor dan? Hobbelen we dan allemaal achter ons eigen gevoel aan? (voorbeeld van treintje Bijbel/God-ik-gevoel, beluister hiervoor de preek terug)

Je hoort nog wel eens de terugkerende verzuchting : de Bijbelkennis wordt steeds minder. Daarom zijn er ook plannen om de Bijbelkennis van onze jeugd te vermeerderen, binnenkort meer daarover.

Moet je als belijdeniscatechisant, als christen, als kerkenraadslid veel Bijbelkennis hebben? We kunnen van alles organiseren, veel vergaderen, maar kunnen we ook zonder kennis van de Bijbel? Nee, maar dan gaat het niet in allereerste plaats om kennis met het hoofd, maar met het hart. Heb je God lief?! Wil je op basis daarvan meer van hem te weten komen? Putten uit de Bron? Je voeden? Ik las van de week : Als een kerkenraad de tijd neemt om gezamenlijk de bijbel te lezen en te bestuderen, gaat dat nooit ten koste van allerhande ander werk dat ook gedaan moet worden. Integendeel, het werk zal alleen maar aan inhoud winnen…

Moet je veel van de Bijbel weten om een goede ambtsdrager te zijn? Laten we niet te snel vergoelijkend ‘nee hoor’ zeggen. Want Bijbelkennis kan je namelijk tot een nog betere ambtsdrager maken : niet doelloos en onvruchtbaar. Het profetische woord geeft je bagage voor onderweg, het geeft licht op je pad. De bijbel als bron waar je eigen dorst gelest wordt én waaruit je ook anderen van water kunt voorzien.

Zo mogen we vanmorgen dankbaar zijn voor wat was, wat is. Soms zeggen mensen wel eens : is het nu niet goed, niet goed genoeg? Zeker wel, maar goed kan altijd beter… Genade en vrede is niet iets stilstaand, maar wordt vermeerderd, groeit, neemt alleen maar toe. Daarom mogen, moeten we grote verwachtingen hebben bij wat nog komt. Niet vanwege de gemeente of vanwege jullie, nieuwe ambtsdragers. Maar vanwege Gods grootste en kostbare beloften die ons zijn geschonken, deel aan Goddelijke natuur. Daarom mogen, moeten we elkaar scherp houden, vasthouden aan Gods beloften, elkaar blijven herinneren aan wat we van God ontvangen hebben en nog mogen ontvangen. Toelevend naar de definitieve komst van de morgenster, Jezus zelf. Die eens zal terugkomen zoals God heeft beloofd, zie daarvoor ook de rest van de brief van Petrus. Wat begonnen was in Jezus, zou voltooid worden in iedereen die in Jezus gelooft. Nieuw, volmaakt leven, waarop we wachten zoals we wachten op het licht worden na een nacht. Tot die tijd gebruik maken van het ons gegeven licht, vasthouden aan het Woord, elkaar herinneren aan Gods beloften. In het bijzonder de ambtsdragers, zoals het formulier verwordt : zij hebben met elkaar de verantwoordelijkheid als raad der kerk om de gemeente en elkaar in vieren, leren en dienen bij de heilsgeheimen te bewaren: voor alle dingen zoeken wij immers Gods koninkrijk en zijn gerechtigheid. En herinner je telkens weer wat God heeft gezegd, beloofd : Ik zal er zijn…vast en zeker!