Steeds blief IE bie mie – terugblik Openluchtdienstfestival
We zijn hier op
de oudpapierlocatie. Als kerk hebben we ook heel oude papieren. In die
oude papieren van de kerk staan heel sterke verhalen. Eén zo’n verhaal
gaat over de profeet Jona die naar Ninevé moet…
Jona is een
profeet van God, iemand die besloten heeft om altijd naar God te luisteren, altijd te
doen wat God van hem vraagt, te
gaan waar God ook naar toe zendt. God u roept mij, ik ga u dienen, helpen om het volk Israël dicht bij u te houden, te leren Gods wil te doen…
Tegen het volk Israël was zijn
boodschap : als je God
niet gehoorzaamt, dan komen de vijanden…
Jona kende God dus heel goed,
wist heel goed wat Gods plan met de wereld was.
De stad Ninevé was een verschrikkelijke plek, slechter dan slecht, ten hemel schreiend, letterlijk levensgevaarlijk!
De eigenwijze en ongehoorzame
Jona en het verschrikkelijke Ninevé-van-God-los
staan ver van ons af. Ons leven is vaak wat vlakker, wat minder spannend, burgerlijk saai…
God spreekt nog steeds, maar wij overschreeuwen vaak Gods stem in ons leven.
Het is voor God moeilijk geworden om tot ons te spreken…
Wanneer zijn wij echt stil om Gods stem te verstaan?
Terwijl staan we
in de kern heel dicht bij het verhaal van
Jona en Ninevé. We leven met God, maar zijn ook geneigd tot alle kwaad… We vluchten in het klein voor God, door te verslappen in persoonlijk Bijbellezen, gebed, kerkgang, … We ongehoorzamen
God in het klein, door iets minder oprecht en eerlijk te leven en te werken. We moorden en haten in het klein : thuis, in onze relatie met onze partner, kinderen, familie en vrienden en collega’s.
Heel beschaafd, soms zo dat het niet eens opvalt, zeker niet het journaal haalt zoals in het groot.
Maar we leven precies hetzelfde als Jona en Ninevieten : ook wij leven met
haat, egoïsme, onverschillig, liefdeloos. We houden passief Koude
Oorlogen in stand in plaats van actief vrede te stichten in onze
omgeving.
Durven we
werkelijk te beweren dat ons onrecht in het klein niet ten hemel
schreiend is? Maken we ons onrecht niet soms wat te klein als we het
gaan vergelijken met mega-groot onrecht? Is veel onrecht van ons in
Gods ogen ook niet gewoon groot en ten hemelschreiend? Of ben ik nu te
somber en doe ik u of jou geen recht? Ik herken me in elk geval wel in
Jona en de Ninevieten… Ik ben blij dat ik mag weten ‘steeds blief IE bie
mie’ in onze wereld, in onze gekke wereld…
We luisteren naar Mad World
Jona was dus ook iemand waar God rechtstreeks tegen sprak :
Ga naar Ninevé en klaag haar aan!
Zou jij dat wel eens willen? Dat God gewoon iets tegen je zou zeggen? Een stem uit de hemel?
Zou Jona er blij mee zijn?
Waarom moet Jona voor God naar Ninevé? Hij is toch
profeet om het volk van Israël dichtbij God te houden
waardoor de vijanden van Israël wegblijven? En nu moet Jona niet naar
volk van Israël, maar naar een van de grootste vijanden van
Israël…waarom?!
Omdat God
iedereen lief heeft : het zijn verlangen is dat iedereen ook God lief
heeft. Dat is Gods verlangen, dat iedereen Hem leert kennen, of je nu
wel of niet ‘netjes’ leeft…
En als
knecht van God gehoorzaamt Jona meteen en gaat naar Ninevé, toch?! Ja,
en Jona maakte zich gereed om naar Ninevé te gaan, toch?
Wat gebeurt er?
Jona staat op, maar
vlucht de andere kant op, weg van de HEER. Jona daalt af naar de haven, kiest er voor om de diepte in te gaan…
Waarom luistert Jona niet?
Is het toch niet zo fijn als God tegen je gaat praten?
Blijkbaar niet of niet altijd…
Jona hoort Gods stem, maar is er helemaal niet blij mee.
Jona vlucht weg, weg van God vandaan…
Jona kon zich niet voorstellen
dat zijn liefdevolle God ook een plan had voor deze
grote zondaars.
En wij, waren wij wel naar Ninevé gegaan?
Of begrijpen we Jona wel?
Het moet wel leuk blijven…
God ziet alles, maar reageert anders dan wij mensen…
Maar wat nu? Is het plan van God over en uit?
Dan is God weer aan zet. Jona vlucht weg, bij God vandaan. Maar God laat Jona niet los
in zijn vlucht, maar wil hem een les leren.
Hij gaat Jona’s vluchtplan in de war schoppen.
God die een plan met uw, jouw en mijn leven heeft, die laat je niet los als je bij Hem vandaan vlucht.
Of
denk je echt dat God die een plan met jouw leven heeft jou loslaat als
jij bij Hem vandaan vlucht? God die ons leven leidt, die niet loslaat
het werk dat zijn handen ooit begon, laat ons nooit
los, IE blieft altied bie mie…
We luisteren naar Hold back the river
Er komt een stevige storm en dan zingen wij natuurlijk :
je hoeft niet bang te zijn, al gaat de storm te keer.
Niet bang zijn?! Hebben je wel eens storm meegemaakt? En op zee?
Bang? De
zeelieden die echt wel wat gewend zijn, zijn doodsbang! De zeelieden
zijn doodsbang, denken dat de storm een straf is van boze geesten. Maar
wij weten dat het God is die Jona een les wil leren. Soms
heeft God een storm nodig om ons weer op het goede pad te krijgen…
Waar is Jona eigenlijk?
Terwijl de zeelieden de lading in zee gooien, alles waar ze geld mee konden verdienen kwijtraken, is Jona nergens te zien…
Jona lag te slapen, was nog dieper afgedaald…voor de 3e keer. En als Jona wordt wakker gemaakt en al die bange zeemannen ziet, wat doet hij dan? Gaat hij ook bidden?
Nee, als je weet dat je iets doet wat God niet wil, dan is bidden onmogelijk. Want dan kan je niet meer bidden :
uw wil geschiedde, zoals in de hemel, zo ook op aarde…. Daarom
gaat Jona niet bidden, terwijl hij een profeet, een dienaar van God is,
terwijl anderen die niet in de God van Jona geloven hem aansporen wel te
bidden, niet bidden…
Gaat Jona vertellen wat er aan de hand is?
Nee, Jona hoopt dat alles nog goed of met een sisser afloopt…
Dan, als het niet anders kan,
als het lot uit loterij hem heeft aangewezen als de schuldige,
vertelt Jona wat er aan de hand is.
Pas als het niet anders kan, belijdt Jona zijn geloof in God.
Ik vereer de HEER, God van de hemel, die zee en land gemaakt heeft.
Jona doet midden in de grootste storm van zijn leven geloofsbelijdenis.
De mannen worden doodsbang : hoe heb je dat kunnen doen? Wat moeten we met je doen?
Maar Jona
lijkt heel rustig. Misschien omdat hij ook al is hij ongehoorzaam
geweest en voor God gevlucht, toch op God vertrouwt? Weet : steeds blief
IE bie mie?
Voordat ze met Jona gaan jonassen,
bidden de mannen tot God. Laat ons toch niet vergaan als we het leven van deze man opofferen. Reken het ons niet aan als hier een onschuldige sterft, onschuldig bloed op ons komt.
Nou, Jona en onschuldig…
U bent de HEER, al wat u wilt dat doet u, doe wat U behaagt.
En als ze Jona in de zee hebben gegooid en zee tot rust komt,
gaan ze God loven… Ze zeggen dat God van alle goden de beste en grootste God is…
Jona gaat kopje
onder in de zee; de zeelieden loven en danken God. De storm is over, de
zeelieden zijn vervuld van diep ontzag. De mensen van Ninevé moeten nog even wachten,
maar deze zeelieden zijn al wel tot geloof in God gekomen.
En Jona….?!
Als Jona nog dieper afdaalt, nog dieper zinkt dan hij al was, zien we dat
God hem echt niet loslaat. Ondanks Jona’s ongehoorzaamheid
tegen God, ondanks Gods boosheid op Jona, laat God Jona niet los. Het is
en blijft Gods verlangen om samen met Jona op weg te gaan…
En God wil dat Jona niet bang is!
Niet voor God, niet voor de mensen van Ninevé, niet voor het water…niet
voor de storm. Wat er ook gebeurt, als het stormt, als je lijkt te
verdrinken : God is er!
Ik denk dat het voor Jona verschrikkelijk was,
maar dat
hij wist dat hij niet alleen was. Ook al maken wij verschrikkelijke
dingen mee : God is altijd bij je, en laat je nooit los, maar geeft je
de ruimte om fouten te maken! Steeds blief IE bie mie, ook
als het stormt…
We luisteren naar The Storm
Terwijl
aan het dek een lofprijzingsdienst plaats vindt,
zinkt Jona dieper en dieper… En hij bidt een gebed,
één grote schreeuw om hulp tot God. Jona is verlamd door doodsangst : God, doe iets!
Zijn droomvlucht is een nachtmerrie geworden. Het is een traumatische ervaring
voor Jona, probeer je het voor te stellen… : als profeet van God op de
vlucht voor God,
in de grootste storm van zijn leven overboord gejonast, in donker water
gaat hij zijn verdrinkingsdood tegemoet, maar plotseling wordt hij
opgeslokt door iets. Nu is hij opgesloten in een isoleercel in de buik
van een vis/zeemonster. Tegelijk ook
voorlopig gered op deze manier, maar dat
wist hij toen nog niet… Midden in zijn doodsangst zien we Jona in de buik van de vis.
En eindelijk, nu gaat Jona bidden!
In de ranzige vissenbuik komt Jona tot bezinning, heeft hij eindelijk
tijd voor stille tijd, tijd voor God, tijd om te bidden… Die eigenwijze
en ongehoorzame profeet van God, Jona, die steeds verder wegzinkt.
We volgen Jona onder de wateroppervlakte.
Want zoals zo vaak, gebeurt het daar, gaan daar de wissels om, in
de crisis, verborgen voor anderen. In de crisis van je leven kan je op
ander spoor terecht komen. Een crisiservaring kan levensveranderend
zijn, misschien wel herkenbaar…
Intussen is er niets meer over van het eigenwijze mannetje, de
profeet
die het beter denkt te weten dan God. Die het aandurft om bij God weg te
vluchten, niet meegaat in Gods liefdevolle verlangen voor Ninevé.
Jona gaat bidden, maar lijkt wel heel wat tijd nodig te hebben. Drie
dagen en drie nachten zit Jona in de buik van de vis, pas toen begon
hij te bidden… Eindelijk, met zeewier op zijn hoofd en in zijn
doodsangst,
roept, schreeuwt hij tot God.
Dan verandert er iets.
Op het moment dat Jona contact zoekt met God begint het verlangen
om dichter bij God te zijn, terug te keren. Zodra Jona investeert in de
relatie met God, verandert er iets. Pas als jij je openstelt kan God
binnenkomen.
Maar als jij niet wil, bij God wegvlucht,
God over rand van je leven duwt, dan kan God niet anders dan het respecteren :
niet Mijn wil, maar jouw wil geschiedde… Probeer het dan maar, van God los.
God kan je dan heel lang je gang laten gaan…
Dan ontdek je vroeg of laat de gevolgen van een leven zonder God. Niet dat het dan slechter met je gaat, het kan zelfs veel mooier lijken,
maar er komt een moment dat je er helemaal alleen voor staat.
Vroeg of laat heb je niets en niemand meer over.
Het is voor
Jona de ultieme afgang geworden. Maar nu is het zijn verlangen dat God bij hem is. Hij is al 3 keer afgedaald, nu voor 4e keer afgedaald, naar de bodem van de zee. Naar het dodenrijk, zonder leven, zonder hoop.
Op het dieptepunt is God er wel,
Jona wordt levend uit de dood omhoog getrokken. Vandaag de dag zouden we
het misschien wel als volgt uitzingen Abba, Vader, u alleen, u behoor
ik toe.
We zingen het lied ‘Abba, Vader’
Jona dankt al in de buik van de vis,
niet toen hij veilig en wel op het strand stond.
Geloven is niet zien, maar toch vertrouwen,
zeker weten, hopen, uitkijken naar wat komen gaat. Dat de wissel
is omgezet, de dood is overwonnen, je bent gered, ook al zit je nog in
de buik van de vis. De profeet Jona moet nog heel veel leren.
Nee, in Gods ogen zijn we niet snel uitgeleerd. De zeelieden,
heidenen, kwamen er veel eerder achter, dan Gods profeet Jona, wie God
werkelijk is. De profeet Jona moest veel dieper zinken, helemaal terug
naar af, om terug bij God te zijn. Dat maakt
bescheiden. En tegelijk ook verwachtingsvol, met deze God in ons
leven, geen kalme reis, maar wel een behouden aankomst. Geloven is dus
voor mensen die het aandurven God te gehoorzamen, hem altijd vertrouwen.
Jona was heel
diep gezonken, nadat hij op de vlucht was geslagen voor God… Het gevaar
van de verdrinkingsdood, het gevaar van de dood in vissenbuik. Maar het allerergste gevaar
was onverschilligheid van God…Dat God zou denken ‘laat maar’ …
Jona heeft ondervonden wat genade is.
Genade is geinig : doet je verwonderd glimlachen.
Jona werd gered, zoekt na 3 dagen en nachten contact met God, wordt op het strand gezet, veilig en wel, en krijgt een
tweede kans…
We luisteren naar het lied Sorry
God heeft hemel en aarde, zee en vis moeten bewegen, maar
eindelijk gaat Jona toch op weg.
Omdat God opnieuw tot hem spreekt en Jona nu wel gehoorzaamt, bij de tweede keer.
Wat een
genade : God begint gewoon opnieuw alsof Jona 1 en 2 er niet
waren. Geen donderpreek van God tegen Jona, geen andere missie, helemaal
niets.
God reageert zo anders dan wij. Vergeven en vergeten ligt
ons zwaar. Wij geven mensen niet zo snel nog een tweede kans, laat staan
de zoveelste kans. Wij zouden Jona veroordeeld hebben : eigenwijs en
arrogant mannetje.
Die heeft voor de rest van zijn leven zijn lesje wel geleerd, totaal
ongeschikt voor
welke taak dan ook in de kerk. Niet te vertrouwen, niet voldoende
geloof : nep-profeet die je niet om een boodschap kan sturen. Zo is God
niet, God is genadig. De HEER, die was, is en zal zijn, Die telkens ons
de toekomst opent, zijn liefde onlosmakelijk
aan ons verbonden heeft, voor eeuwig ons is toegewijd, in ons gelooft.
God zet Jona gewoon weer in voor zijn belangrijke missie om de
mensen van Ninevé zijn liefde te openbaren. En wees God maar dankbaar
dat hij ons iets vaker dan twee keer een nieuwe kans geeft…
Jona zal vast nog
wel eens teruggedacht hebben aan zijn avontuur in storm en vis. En ook
gedacht hebben aan zijn toekomst: hoe zullen ze reageren in Ninevé? Pek
en veren of aan de galg of … ?!
Maar Jona gaat naar Ninevé!
Gelukkig dat Ninevé maar niets van Jona’s voorgeschiedenis wist, ze hadden hem niet serieus genomen.
Jona moet een zware en harde boodschap brengen. Geloven we dat zelf nog,
dat Gods boodschap zwart-wit is, voor of tegen God, liefde of
haat? Nemen we die boodschap nog serieus, of zwakken we die voor onszelf
al af en helemaal voor anderen? Stel je voor dat ze denken dat je zo’n
extremist bent of iemand van het hel-en-verdoemenis
geloof. Maar als we de zonde afzwakken, minder erg voorstellen, dan
zwakken we ook Gods liefde af, verbleekt God. Dat leren we
van de heidenen in Ninevé : alles wordt in Ninevé omgekeerd, het wordt
daar de omgekeerde wereld. Berouw: inkeer, erkennen schuld en vasten:
focussen op
God. Het goddeloze Ninevé dat zoekt en vindt, staat in contrast met het Israël van toen en Enter van nu.
Alles gaat voor de wind, we hebben soms wat kleine zorgen, en we
laten God maar praten. In Ninevé reageren ze direct en radicaal op de
preek van Jona. Ninevieten, heidenen, onbesnedenen, onkerkelijken,
ongelovigen. Maar God zoekt ze op en als ze Gods
stem horen, gehoorzamen ze radicaal. Waar de profeet Jona wegvlucht en
van alles meemaakt,
gehoorzamen de mensen van Ninevé. En
God doet het niet!
We luisteren naar Learn me right.
Het
Bijbelboek Jona is hilarisch en confronterend tegelijk. De profeet
Jona, dominee, dienaar van God,krijgt de opdracht van God om naar de
heidenen in Ninevé te gaan. Je verwacht dat hij dat gelijk doet, vol
verlangen om over Gods liefde te vertellen aan
heidenen. Maar nee, hij vlucht, doet verstoppertje in het ruim, denkt
dat hij voor zijn Opdrachtgever kan weglopen. Door deze grote
ongehoorzaamheid kan Jona ook niet meer bidden… niet meer :
uw wil geschiedde… Jona was een toegewijd christen, had bewust
gekozen voor God en kiest nu bewust tegen God. Dan de storm, overboord
gejonast, de zeemannen houden een lofprijzingsdienst aan dek: de eerste
heidenen komen tot geloof. Jona verdrinkt niet,
maar wordt opgeslokt door de vis, en na drie dagen en nachten gaat Jona
eindelijk bidden. God wil nog meer heidenen zijn liefde laten zien, dus
Jona wordt weer aan land gezet, uitgekotst. Jona, krijgt nog een keer
de opdracht om naar Ninevé te gaan, nu gaat
hij wel. En het is bizar: na een vernietigende preek van Jona, bekeert
iedereen in Ninevé zich… Ze verlaten hun slechte weg, roepen met kracht
tot God, vasten, focussen op God, want misschien krijgt God berouw…En
inderdaad : God deed het niet…
Na Jona 3
verwacht je een Jona die geloofsverdieping geeft aan de jonge gelovigen
in Ninevé, een Ichtuscursus. Jona die dolblij is over de radicale en
massale bekering van deze grote zondaars na zijn preek, die zorgt
voor nazorg. Bidt om hun redding, want Jona wist als geen ander wat het
betekendeom door God gered te worden… Geen pek en veren, geen galg,
maar ereburger van Ninevé, een standbeeld voor held Jona. Op zee maakte
Jona het feest niet mee op het schip, nu staat
Jona op de eerste rij, vooraan in de polonaise.
Maar
Jona stelt zich aan, hij ergert zich kapot, en dat bij iets moois. Nog erger, Jona wordt
woedend…op God. Waar God in Jona 1-3 kwaad was over het
kwaad van Ninevé, neemt Jona nu die kwaadheid van God over als God zijn
kwaadheid heeft losgelaten. Als God het niet doet, als God terugkomt op
wat Hij
gedreigd had de Ninevieten aan te doen, genadig is, dan wordt Jona
kwaad! Woedend op God! Kwaad omdat Ninevé zich bekeerd, omdat God het
niet doet, niet hun verdiende loon geeft, maar genade kent.
Terecht toch?
Zijn de
Ninevieten niet gewoon huichelaars? Het gaat allemaal wel heel
makkelijk… Dan gaat Jona weer bidden, praten met God. Dat verschilt veel
van Jona in de vis.
Jona die het allemaal weer weet, heb ik het niet gezegd, waren dit mijn woorden niet? ik wist het wel!
Jona heeft een probleem met God en dat zal God weten ook. Bizar, maar hij
praat in elk geval weer met God en is wel heel eerlijk. Praat jij met God als je boos en sacherijnig bent? En dan ook echt eerlijk?
Jona heeft een duidelijk beeld van God (genadig, barmhartig), maar
kan niets met die God. Jona heeft
2 problemen met God die genadig en liefdevol is.
1. De Ninevieten die dood en verderf zaaien, verdienen geen genade, zijn het niet waard.
2. God pleegt verraad, is de God van Israël, niet van Ninevé, waar maakt God zich druk om?
Dan wordt het bizar of hilarisch met
huisje, boompje, beestje. Na het huisje dat Jona heeft
gemaakt, laat God een boompje groeien, om Jona te bevrijden van zijn
kwelling, zijn ergernis te verdrijven. Maar God grijpt in, leert Jona
een lesje. Niet
door woedend te zijn op dat eigenwijze mannetje Jona, of wat dan ook,
maar genadig, barmhartig, geduldig en liefdevol, zoals Jona had
opgesomd. Het leven met God is telkens de uitdaging om mee te gaan in Gods manier
van denken, zijn Geest je eigen maken. Jona blij naïef, bizar
hoe hij reageert op zijn privéboompje van God. Als ondankbaar en verwend
mens vergeet hij te danken, vind het allemaal vanzelfsprekend… Maar na
huisje, boompje, komt het beestje die de boom
vernietigt, die een einde maakt aan Jona’s goede humeur.
De Bijbel staat vol van mensen aan wie je een hekel zou hebben
als je ze
zou kennen, en terecht… Waar wij de stekker uit trekken, is God trouw,
blijft energie in ons steken, laat Hij nooit los… Het verhaal van Jona
heeft een open einde…dat
maakt het verhaal nog sterker…
We luisteren naar het lied ‘Aan mien kant’
P.S Laten we op vakantie oefenen om de liefde voor Ninevé en voor Jona in de praktijk te brengen als je naast mensen op de camping staat
die je niet kan uitstaan. Hoeveel kansen geef jij die ander?
We zingen : Ik zal er zijn
Floris den Oudsten v.d.m.
predikant Gereformeerde Kerk Enter
contactgegevens:
Rijssenseweg 11
7468 AA Enter
0547-381384