In de ochtenddienst hebben we stil gestaan bij het eerste gedeelte van Filippenzen 3:1-16. De terugblik is ook op de website na te lezen en de dienst is er na te beluisteren. In de avonddienst stonden we meer stil bij het tweede gedeelte.

Paulus waarschuwt in zijn brief heel stellig : let op de honden, de slechte arbeiders, de mensen van de versnijdenis. Want wij zijn de besnijdenis, wij die in relatie met Jezus leven. Het is nog bizarder : alles wat van waarde/betekenis was, winst, is nu schade/vuiligheid/schijt, verlies.

Paulus wil er niets meer mee te maken hebben met al het goede uit het verleden, maar wat misbruikt wordt om mensen buiten te sluiten of gevangen te houden in slechte patronen. Zoals schepelingen de kostbare lading overboord gooien om niet te vergaan, zo moet christenen alles als schade beschouwen, hoe kostbaar en waardevol ook, wat in bepaalde situaties levensbedreigend kan zijn voor de vrijheid in Christus. (zie voor meer uitleg de terugblik op de ochtenddienst)

Je winst loslaten en voor ogenschijnlijk verlies gaan. Zoals spits Henri Knol die van Enter Vooruit naar sv Enter zou gaan. Na een pracht seizoen, kampioen worden, promotie naar de 1e klasse, waar hij een groot aandeel in heeft gehad en dat dan achter je laten. Het zou ongelofelijk zijn, niemand zou dat begrijpen. Al het mooie loslaten, inwisselen voor iets veel minders op sportief gebied. Er afstand van nemen, het doet me niets meer, het stelt niets voor : ongelofelijk. We moeten er maar niet aan denken…

Maar zo is het wel gegaan bij Paulus. Hij had alles, was de perfecte gelovige, maar hij laat alles los, 100% verlies, belandt daardoor zelfs in de gevangenis… Maar hij ervaart blijdschap en vrede die je ergens anders ervaart, in zijn relatie met Jezus… Ongelofelijk! Zijn winst maakt hij tot verlies.

Maar nog bizarder is het bij Jezus gegaan. Jezus was aan God gelijk in de hemel, 100% winst, lees maar Filippezen 2:5-11. Jezus legde alles af, werd aan de mensen gelijk, werd slaaf van de mensen, 100% verlies. Ongelofelijk! Zijn winst maakte hij tot verlies om nog veel meer terug te winnen. Jezus redde de mensheid/wereld, ontving daarvoor een naam boven alle namen. Wordt daarvoor door de hele wereld aanbeden, iedereen dat gelooft is nu al meer dan overwinnaars, omdat je Jezus hebt gewonnen.

Wat vind je daarvan? Een onzin verhaal? Of je leest/hoort het, maar het doet je niets of jij doet er niets mee… Wat wil jij winnen en wat mag je daarvoor verliezen? Jezus was daarin duidelijk en realistisch : Wie zijn leven zal proberen te behouden, zal het verliezen. En wie het zal verliezen, zal het behouden. Spannende vraag : wil jij Christus winnen? Mag jij daarvoor zelf verliezen? Of Jezus op nummer 1 en jij op de 2e plek?

 

Paulus :…opdat ik Christus mag winnen en in Hem gevonden wordt!!!

Wat was vroeger jouw beste verstopplek? Waar wordt jij gevonden? In Jezus Christus?

Niet omdat wij zo goed zijn/doen, omdat wij iets verdienen vanwege onszelf.

Maar omdat Jezus zo goed is/doet, omdat Hij alles heeft verdient voor ons.

Zo kunnen we tussentijds het volgende concluderen :

1) Onze identiteit, wie wij ten diepste zijn, is te vinden in Jezus. Wij zijn in Gods ogen veel meer waard dan 50euro, wij zijn voor God net zoveel waard als zijn zoon… Als God naar ons kijkt, zie Hij zijn geliefde kind.

2) Christus kennen, is niet met je hoofd weten, maar kennis hebben aan, relatie met Jezus hebben.

3) En de gezindheid/levensinstelling van Christus eigen maken.

Conclusie : je identiteit is in Jezus, het gaat om de relatie met Jezus en leven zoals Jezus wel… Zo hebben we avondmaal gevierd. En nu verder, dankbaar, vol blijdschap, verder met Jezus.

 

Zo schrijft Paulus ook al weer snel verder:

opdat ik Hem mag kennen en de kracht van zijn opstanding en gemeenschap met zijn lijden, doordat ik aan zijn dood gelijkvormig word, om hoe dan ook te komen tot de opstanding van de doden.

Door de rechtvaardiging door het geloof, alleen zo, wordt je gered van de dood, geroepen tot nieuw leven. Het is bij Paulus Jezus voor en het is Jezus na. Christenen leven met Christus, in een persoonlijke relatie,  ze zullen de kracht van zijn opstanding ervaren, en leven het leven gekenmerkt door het eigen maken van de gezindheid van Christus, in eensgezindheid als gemeente. Het is Jezus voor en het is Jezus na. Maar ook delen in zijn lijden, zijn dood gelijkvormig worden…

 

Paulus is enthousiast, zelfverzekerd van zijn boodschap, maar lijkt dan te gaan twijfelen:

Niet dat ik het al verkregen heb of al volmaakt ben, maar ik jaag ernaar om het ook te grijpen. Daartoe ben ik ook door Christus Jezus gegrepen.

Jagen, vergeten wat achter je is. Jagen: net als Eric Liddell. Hij werd geboren in China waar zijn ouders werkten als zendelingen. Hij bleek een uitstekend atleet te zijn en kreeg al snel de reputatie de snelste Schotse loper te zijn. In 1923 liep hij een Brits record op de 100 meter dat 35 jaar lang niet gebroken zou worden. De Olympische Spelen van 1924 werden gehouden in Parijs. De voorronde van Liddells sterkste afstand, de 100 m, werd gehouden op een zondag. Uit geloofsovertuiging besloot hij van deelname op deze afstand af te zien. Hij trainde daarom intensief op de 400 m en won de finale met ruime voorsprong in een wereldrecordtijd. In de film Chariots of Fire zien we hoe hij in die finale op de grond valt. In werkelijkheid was het niet deze finale maar een andere wedstrijd, maar het idee is hetzelfde, kijk maar wat Eric doet als hij jaagt naar de prijs, maar daarbij ten val komt…

maar één ding doe ik: vergetend wat achter is, mij uitstrekkend naar wat voor is, jaag ik naar het doel:  de prijs van de roeping van God, die van boven is, in Christus Jezus.

Het verhaal gaat dat Eric toen hij viel aan deze Bijbeltekst moet denken. Jagen, alles er voor geven, niet achterom kijken, er vol voor gaan, wat er ook gebeurt. (in de preek leg ik uit dat ik dan ook aan Henri Knol moet denken) Jagen, geen teleurstelling dat je uiteindelijk er naast grijpt, de prijs misloopt, nu al meer dan overwinnaars. En als je valt, niet blijven liggen; als je lijdt, niet opgeven, maar doorgaan, blijven jagen… En geloven dat je na race wordt opgewacht, opgevangen, meer dan overwinnaar bent. Het enige wat je moet doen, is volgen als je wordt geroepen, en als je volgt nadat je geroepen bent ontvang je de prijs. Bij de doop heeft jouw naam geklonken en anders nu : wil je mij volgen, en de prijs ontvangen?!

 

Laten wij dan, voor zover wij geestelijk volwassen zijn, deze gezindheid hebben; en als u iets anders gezind bent, ook dat zal God u openbaren. Maar tot zover wij gekomen zijn, laten wij naar dezelfde regel wandelen, laten wij eensgezind zijn.

Paulus waarschuwt tegen ‘gearriveerdheid’/berusting…stoppen met lopen/jagen. Dat je er klaar mee bent, kunt rusten, het volbracht is, je hebt het allemaal al. Het is een waarschuwing van Paulus vanwege super-christenen: die waren er al, alles van toekomst hebben ze nu al. Er is niets meer om je naar uit te strekken, om naar te jagen.

Gearriveerdheid was toen niet : je bent nog niet goed genoeg voor God, je bent er nog lang niet. Nu je hoor dat zo wel in reformatorische kerken… Pas maar op dat jij denkt dat jij er al bent, zo makkelijk kom je er niet, zo gaat dat niet…

Nee, gearriveerdheid bij Pauls gaat om een proces, om rijping, waarvan je weet dat je op goede weg bent, maar er komt nog meer, there is more

Gearriveerdheid is er nu ook op een andere manier : wel vergeving kennen, maar nog niet verzoening. Wel opgelucht vanwege de vergeving, maar nog niet de blijdschap vanwege je geliefd kind van God weten. Wel Jezus, maar nog niet zijn gezindheid eigen gemaakt, nog niet leven vanuit de Geest van Jezus. Vaak ook nog geen blijdschap, vreugde, maar morren/mopperen, negatief denken/praten (beluister nog eens de preek van vorige week zondagavond van ds. Jelle de Kok hierover). Dan ben je nog niet geestelijk volwassen, ook al ben je al lang volwassen… Dan ben je nog een zeurend kind in geestelijk opzicht… Begrijp je Paulus niet : verblijd u in de Heer!

Je kan/mag pas rusten bij het einde, als de eigenaar van jouw leven, van de schepping en wereld het aangeeft. Waar we naar jagen is de prijs van de roeping van God, die van boven is, in Christus Jezus. Dat is niet de hemel, dat je naar boven gaat (Left Behind), maar het komt van boven, namelijk Jezus Christus zelf die uiteindelijk zal komen de om wereld en mensheid te transformeren gelijkvormig aan zijn verheerlijkt lichaam. Niet leven in de hemel is het doel, maar leven op Gods nieuwe hemel en aarde. Ons leven hier en nu, is leven in de werkelijkheid van de toekomst die op ons toekomt, maar het nog niet is. Ik wil het grijpen, omdat ik door Christus ben gegrepen. Noch je verleden, noch je jagen, is de reden dat je tevreden achterover kan leunen. Pas daar voor op, blijven jagen, verder gaan in het eigen maken van deze gezindheid, die van Jezus. Laat je geen schrik aan jagen door honden, slechte arbeiders, versnijders, maar wees eensgezind. Omdat je samen sterker bent, je eenheid vind in Jezus Christus, ons ter voorbeeld. Maar niet alleen als voorbeeld, in Hem mogen we ons verheugen vanwege Gods goede daden, Hij geeft ons zekerheid, in Hem roemen wij, op Hem vertrouwen wij, Hem willen wij dienen, want Gods kracht is uitgestort, zijn licht is ontstoken, wij zijn meer dan overwinnaars in Hem. Daarover zongen we met de woorden van Psalm 92.

Floris den Oudsten v.d.m.
predikant Gereformeerde Kerk Enter 

 
contactgegevens:
Rijssenseweg 11

7468 AA Enter
0547-381384